pen op,ne.L j slorwe^ is- het gclcbcn bat tc /llknmar, na enige jaren nan voorbereiding, yjn arbeid al? toonkunstenaar o en koordirigent aanving.^isCy. De introductiepa- dirigent is organiseren gezamenlijk een gina van het aan- feest via een Comité tot Huldiging, gebodenjubileum- gesteund door een Erecomité van Musici boek. Collectie [voorzitter Jac. Bonset, erevoorzitter Fred RegionaalArcbiej Roeske en lid onder andere zijn leerling Niko Akkerman, tevens zijn assistent bij de Alkmaarse Oratorium Vereniging) en een Algemeen Erecomité onder voorzitter schap van prof mr. A. Koelma, de burge meester van Alkmaar, met 43 leden uit Alkmaar, St. Pancras, Bergen en Schoorl. Wie er niet in zat telde niet mee... Hij ontvangt daarbij een uniek boekwerk waarin al zijn koren zijn opgenomen, elk voorzien van een paar notenbalken uit een passend muziekstuk met een miniatuur in kleur, een foto van het koor en de namen van de leden, alles superbe gekalligrafeerd door iemand die zijn kunstwerk jammer genoeg niet heeft gesigneerd. De blad zijdes met de Nederlands Hervormde Oratorium Vereeniging geven een mooi beeld van de populariteit van koorzang in die tijd en van de dirigent in het bijzonder. Andere jubilea volgen. Op 9 november 1956 wordt Jonker gehuldigd door zijn Alkmaarse Oratorium Vereniging. Zijn cadeau: een bromfiets, een echte Solex! Als Jonker in 1965 het jubileum van 'zijn' Alkmaarse Oratorium Vereniging viert voert hij met een keur aan solisten de Messiah van Handel uit. Niet alleen de burgemeester is present, ook de staats secretaris van cultuur [toen de heer Egas) geeft acte de présence. Het koor telt dan 200 leden; kom daar vandaag de dag maar eens om! Iedereen geniet van de prachtige uitvoering. Maar Jonker laat de journalist van de Alkmaarsche Courant uit zijn mond optekenen: "Begrijp goed, het is geen grammofoonplaat; het blijft mensenwerk. Natuurlijk zal het een volgende keer beter gaan. Eigenlijk heb ik vanavond pas kunnen horen, welke richting het uit moet...". Het is deze bescheidenheid waardoor deze dirigent het zo ver heeft gebracht. Op zijn zevende komt Klaas Venneker bij Cornelis Jonker op pianoles. Hij zal tot hij op zijn negentiende naar het Amsterdams Conservatorium gaat Jonkers leerling blijven. Als Klaas met zijn sonore jongenssopraan de noten zingt die hij op piano spelen moet, staan Cornelis' dochters aan de deur te luisteren. Zijn leermeester zet hem in als begeleider en repetitor en laat zich zelfs twee keer als hij ziek is door hem als pianoleraar vervangen. Ook zet hij Klaas ertoe aan een kinderkoor op te richten. In die twaalf jaar leert Klaas zijn leraar kennen als een zeer muzikaal man met een uitstekend gehoor, ambitieus, niet gemakkelijk, een dirigent die een goede basis creëert door de muziek met grote precisie in te studeren. Hij is geen pedagoog pur sang, regeert met straffe KLAAS VENNEKER 3 2 Oud Alkmaar 20x0

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2010 | | pagina 6