Het Heilig Bloed van Alkmaar Jurjen Vis Voor het eerst sinds 1572 heeft zich op zondag 3 mei 2009 een groep rooms-katholieke gelovigen en belangstellenden in de Grote Kerk geschaard rond de reliek van het Heilig Bloed van Alkmaar. Het was ook weer voor het eerst sinds ongeveer een kwart eeuw dat men in stille optocht door de stad liep. De Grote Kerk was vanaf de komst van de reformatie in Alkmaar 420 jaar lang in handen van de Hervormde gemeente. Voor protestanten zou een dergelijke samenkomst rond een reliek in wat zij als hun kerk beschouwen ondenkbaar zijn geweest. De reformatie had immers afge rekend met de heiligenverering en moest niets hebben van relieken en al helemaal niets van eucharistische wonderen. Een rechtgeaard protestant nuttigt bij het avondmaal brood en wijn tot gedachtenis aan Jezus Christus, maar gelooft niet dat brood en wijn ook Christus zelf kunnen zijn. Brood is brood en wijn is wijn en ze zijn ongelijk aan lichaam en bloed. Om deze reden zou een Veronderstelde' bloedreliek niet thuis horen in deze kerk. Zo'n reliek was immers maar bijgeloof of in de taal van de hervormden van de zes tiende en zeventiende eeuw 'paapse super stitie'. Wat is er nu precies gebeurd op zondag 1 mei 1429 in de oude Sint Laurenskerk, de voorgangster van de huidige Grote Kerk? De oudste berichten uit de eerste redactie van de kroniek van de Graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht van Jan van Leiden (circa 1468] zijn ondub belzinnig. Een zekere priester Folkert deed er zijn eerste mis, maar had van tevoren niet opgebiecht dat hij enkele jaren eerder als soldaat bij Hoorn in de strijd van de Hoeken tegen de Kabeljauwen een paar mannen had gedood. Het leven had sinds dien zijn loop hernomen en Folkert had besloten priester te worden. Zijn wijding was op zichzelf wel geldig, maar ongeoor loofd. De jonge priester was zenuwachtig en bij zijn eerste mis morste hij witte wijn op zijn kazuifel. Een verlegenmakende situatie; geen ruchtbaarheid aan geven, stilletjes laten passeren en de sporen uit wissen. Men heeft tijdens en na de Mis geprobeerd het vocht te deppen, het op te likken en uit de stof te zuigen, maar het werd maar niet schoon. Vervolgens heeft men het bevlekte stukje uit het kazuifel geknipt en verbrand. Later heeft men het zo voorgesteld alsof dit kazuifelfragment boven het vuur zou zijn blijven zweven, maar dat was niet het geval. De verbran ding was effectief en de as werd wegge gooid. Bij de reparatie van het misgewaad zag men echter dat er nog drie kleine drup peltjes vocht waren achtergebleven. Rode druppels inmiddels, het was net bloed. Dat kon natuurlijk niet zo blijven, het stukje met de druppels werd ook uitgeknipt en niet verbrand maar veilig opgeborgen. HET WONDER Oud Alkmaar 2010 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2010 | | pagina 3