blijven. Verder vond de commissie de
schoolingang te smal en te donker; boven
dien ontbrak een ventilatie-inrichting.
Vaak hing hier een rioollucht. Sommige
lokalen werden onvoldoende verlicht; brede
lichtvensters zouden hierin verbetering
kunnen brengen. Ook raadde de commissie
aan kunstlicht, het zogenaamde gasgloei
licht, in te voeren. De schoolbanken volde
den ondertussen wel aan de eisen: de
leerlingen werden eens per jaar gemeten en
kregen een bank passend bij hun lengte.
Er werd ook verslag gedaan over het schoon
maken. Bekend is dat in rgo6 de tafels
eenmaal per week werden afgenomen, niet
altijd met zeepsop want dat zou te veel werk
zijn. De vloeren van de lokalen werden eens
in de maand geschrobd; het gebouw was
veel te vochtig om dat elke week te doen.
Als een leerling een besmettelijke ziekte
kreeg, zoals roodvonk in 15101, werd het
lokaal ontsmet en de boeken en leermid
delen van de betreffende leerling
verbrand.
Het openbaar lager onderwijs in Alkmaar
bestond in 185*8 uit twee gratis scholen voor
onvermogenden, twee tussenscholen die
een klein bedrag aan schoolgeld vroegen
(sinds 185151 werden deze scholen aangeduid
als de iste tot en met de 4de gemeente
school], de burgerschool die meer geld
vroeg en de meisjesschool die het duurst
was. In 15106 werd het schoolgeld van de
laagste zeven klassen van de laatstgenoem
de school gelijkgesteld aan dat van de bur
gerschool. Dit had tot gevolg dat een aantal
meisjes uit de lagere klassen van de burger
school ingeschreven werd aan de meisjes
school.
De meisjesschool was soms wat behou
dend. Zo deelde juffrouw Pruim in 18515) aan
de schoolcommissie mee: "In den cursus
1898-18515) werden op de school geene leien
gebruikt, in den cursus 185151-15100 zijn de
leien weer toegelaten, tengevolge van den
sterken aandrang van de onderwijzeres dier
klassen. De onderwijzeres was van oordeel,
dat het leesonderwijs geleden had onder de
belangrijk mindere hoeveelheid schrijf
werk, die er door de afschaffing der leien
geleverd was. In de twee laagste klassen
wordt er eene pauze van 10 minuten
gehouden tusschen elk uur. De onderwijze
ressen der andere klassen is wel eens de
raad gegeven, de leerlingen enkele minuten
rust te laten alvorens een nieuwe les te
beginnen."
Zo'n tussenpauze was weer verrassend
modern. De vrees voor overbelasting bleek
overigens al uit bovengenoemde brief van
de moeders uit 1861. Ook de moeder van
Anna van der Feen de Lille klaagde in 185)4
over het vele huiswerk voor zulke jonge
kinderen.
Gymnastiekles, zogenaamde Vrije en orde
oefeningen der gymnastiek' werd gegeven
in de laagste vijf klassen. Juffrouw Pruim
vond dat er voor de hogere klassen onder
schooluren moeilijk tijd voor te vinden
was. Hiermee was de schoolcommissie
het totaal niet eens. In het begin van de
twintigste eeuw werd het vakkenpakket
uitgebreid met wiskunde en fysica (natuur
kunde).
Kinderen uit lagere milieus hadden nog
steeds minder mogelijkheden tot een
goede opleiding dan die uit de hogere
kringen, maar ook daar hadden meisjes
OVERBELASTING
MULODIPLOMA
Oud Alkmaar 2010
17