De Kooltuin in 1910. Collectie Regionaal Archief verbetering van de doorstroming in het belang van de gemeente is. De Kooltuin kan dan later deel uitmaken van de verbindingsweg die er tussen het oostelijk en westelijk stadsdeel moet komen. De tegenstanders stellen daarentegen dat demping veel geld kost en dat het voor de verkeersdoorstroming niets oplost, omdat de nauwe verkeerswegen en smalle bruggen na demping gewoon blijven bestaan. Demping is volgens hen alleen in het belang van de eigenaren van percelen aan de Kooltuin. Uiteindelijk wordt er af gesproken extern advies af te wachten en de eigenaren te vragen welke bijdrage zij over hebben voor demping. Met twaalf tegen drie stemmen wordt het voorstel om nog niet tot demping over te gaan aangenomen. In juli 1910 wenden de bewoners zich nog een keer tot de gemeente omdat naar hun mening de dempingskosten, 11.800 gulden, te hoog geraamd zijn. Volgens hun berekeningen zou het maar 3000 gulden kosten. Een aantal gemeenteraads leden stelt vervolgens een plaatselijk onderzoek in en schat de kosten op ruim 6000 gulden. In augustus 1910 betogen ze dan ook in de gemeenteraad dat opnieuw naar het plan gekeken moet worden. Burgemeester Ripping is echter van mening dat demping alleen maar ruimte maakt op een plaats die eindigt in twee trechters. Uiteindelijk komt het tot een stemming, waarbij negen raadsleden zich tegen demping verklaren en vijf raadsleden voor. In vergelijking tot de stemming van een halfjaar eerder zijn de tegenstanders dus nog steeds in de meerderheid, maar de overmacht is minder groot. Het duurt dan tien jaar voordat de discussie weer goed op gang komt. Een zekere J. Groot besluit nu hoog in te zetten. Hij schrijft in een brief naar de krant dat de Kooltuin een broedplaats voor de malaria mug is en dat de gracht daarom gereinigd 70 Oud Alkmaar 2007

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2007 | | pagina 16