redenen. Natuurlijk is het altijd mogelijk
dat er nog oude muren aanwezig zijn in
huidige panden. Het is moeilijk om daar
een duidelijk beeld van te krijgen. Zo bleek
er in het stadhuiscomplex op de hoek van
Langestraat en Schoutenstraat een 14de-
eeuws huis volledig bewaard te zijn
gebleven, helemaal ingebouwd in latere
constructies.
Een witte vlek is ook het straatbeeld in
vroeger tijd. Hoe zagen de middeleeuwse
straten er uit? Wanneer kwam er straat
verharding en welke vorm had deze? De
eerste wegen zullen zandwegen zijn
geweest. Mogelijk is dat er later ook houten
wegen zijn geweest. Nog later komt een
stenen verharding. Slechts één keer
hebben we een spoor gevonden van een
middeleeuwse weg: bij de Paternoster
straat vonden we karrensporen in het zand
uit waarschijnlijk de 14de eeuw".
HERMAN KAPTEIN
"Ik heb met veel plezier aan dit boek
gewerkt. Nieuw aan mijn verhaal over de
Alkmaarse economie is onder meer het
raamwerk ervan, de grote lijnen. Er is tot
nu toe erg weinig over dit onderwerp
geschreven. Een
samenhangende visie
ontbrak geheel. De
belangrijkste grote lijn
die ik schets in mijn
hoofdstukken is de
ontwikkeling van
Alkmaar als streek-
centrum. Alkmaar werd
een typische marktstad
en verzorgingscentrum
voor het omringende
platteland en zij produ
ceerde nauwelijks voor
de export. Of men zich bewust beperkte
tot deze rol, is natuurlijk niet na te gaan. j,
In de Middeleeuwen ligt Alkmaar aan de
periferie van de grote handelsroute van 0
Noord-Duitsland, over de Zuiderzee, via v
Amsterdam en Zuid-Holland, naar 0
Vlaanderen. Met de opkomst van
Amsterdam concentreerden zich daar de v
grote exportbedrijven. Vanaf de 16de eeuw p
komt Alkmaar dan nog meer in de j n
periferie te liggen. Ook in de 19de en 20ste
eeuw wordt Alkmaar geen industriestad. v
Het lijkt er dan soms op dat men ook e,
bewust kiest voor weinig industrie, omdat
er onder andere gevreesd wordt voor de
sociale gevolgen ervan.
Je ziet een duidelijk verschil tussen markt
steden als Alkmaar en Purmerend, in p
vergelijking met industriesteden als ei
Leiden en Haarlem en havensteden als y
Enkhuizen en Hoorn. De marktsteden a]
hebben een eigen karakter. Het uit zich d
bijvoorbeeld daarin, dat Alkmaar minder j\
1
last heeft van allerlei ups en downs in de w
wereldeconomie. De regionale markt- pj
steden zijn sterker afhankelijk van de n
ontwikkelingen in de landbouw. 0]
Op de Alkmaarse markt speelde kaas n-
uiteraard een grote rol. Nieuw aan mijn n
verhaal is toch wel dat ik heb aangetoond n-
dat Alkmaar vanaf ongeveer 1650 structu- bi
reel de grootste kaasmarkt in Nederland g
was, waarbij ze zich specialiseerde op de Sc
volvette kaas. Omdat alle room voor de d;
kaas werd benut, was er geen boter- dc
productie van betekenis. Dat is dus wel Sc
een belangrijke nuance: elders werd u
behalve kaas, ook veel boter vervaardigd. te
Heel interessant vond ik de verschuiving 0r
eind 19de eeuw in de kaasproductie van
huisnijverheid naar coöperatieve fabriekjes.
Ook daar heb ik een verklaring voor br
66 Oud Alkmaar 2007