je leest meestal niets over hoe gewone
mensen woonden.
Nieuw aan mijn verhaal is toch wel mijn
visie op de ontwikkeling van het oostelijk
stadsdeel. De omvang van het Voormeer
en talrijke andere meren rond 1400 heeft
men lange tijd gereconstrueerd op basis
van ïdde-eeuwse kaarten. Wat op die
kaarten stond aangegeven als droogmakerij
heeft men als het ware weer onder water
laten lopen om zo de waterlopen en meren
rond Alkmaar in de 13de eeuw in beeld te
krijgen. We weten namelijk dat er in de
12de en 13de eeuw grote watersnoodrampen
zijn geweest. Maar stel datje het omdraait.
Ook in de late 15de eeuw en in de 16de
eeuw waren er overstromingen, en
misschien hebben die meren toen pas hun
definitieve vorm gekregen. Je ziet dat ook
aan de kronkelige loop van het Oudorper-
dijkje (onderdeel van de oude Westfriese
Omringdijk], het resultaat van allerlei
dijkverleggingen als gevolg van op
rukkend water. Dan komt het hele verhaal
over de uitbreiding van Alkmaar naar het
oosten er anders uit te zien.
De archeologische gegevens wijzen uit dat
het Voormeer aanvankelijk erg klein was.
In de 14de en 15de eeuw is er vaste grond
in het grootste deel van het oostelijk
stadsdeel. Er zijn huisresten gevonden in
de Hekelstraat uit de 14de eeuw en sporen
van boerderijen aan de Laat uit ca. 1400.
Wel is er in het oostelijk stadsdeel sprake
geweest van grootschalige operaties om de
bestaande grond op te hogen en te ver
beteren. Dit had te maken met de flinke
bevolkingsgroei van Alkmaar in de 15de
eeuw. In de reconstructietekeningen van
de Alkmaarse topografie die in het boek
zijn opgenomen (in hoofdstuk 3 en 6), heb
ik de nieuwe visie op de ontwikkeling van
de stad uitgetekend.
Natuurlijk zijn er
onzekerheden. Zo zou het
goed kunnen zijn dat het
Zeglis oorspronkelijk een
stuk breder was en wel
licht het hele bouwblok
tussen Luttik Oudorp en
Verdronkenoord heeft
beslaan.
Nieuwe elementen zitten
ook in het verhaal over de
stadsverdediging. Als je
aanneemt dat er aan de
oostkant minder water was dan men
aanvankelijk meende, dan kom je tot de
conclusie dat er waarschijnlijk ook
vestingwerken aan de oostkant aanwezig
zijn geweest. Daar zijn nog geen
duidelijke aanwijzingen voor, dus is het
verhaal nog sterk speculatief
Er zijn nog veel witte vlekken wat de
Alkmaarse archeologie betreft. In de
oostelijke binnenstad zijn nog maar
weinig opgravingen geweest. Zo is de
precieze loop van het Zeglis nog steeds
niet duidelijk. Ook weten we nog weinig
over de ophogingen in het oostelijk stads
deel. We vragen ons bijvoorbeeld af wat de
precieze verhouding is geweest tussen
ophogingen en grondverbetering. Het zou
ook kunnen dat men bloksgewijs de
bestaande slechte grond heeft weggehaald
en vervangen door steviger materiaal.
Ook weten we weinig tot niets over de
bewoners van de grote bakstenen huizen
uit de 13de en 14de eeuw waarvan we de
laatste jaren sporen hebben gevonden aan
de Langestraat en bij de hoek Langestraat/
Houttil. Intrigerend is dat ze niet duidelijk
zichtbaar zijn gebleven in het stadsbeeld.
Ze zijn afgebroken om onduidelijke
Oud Alkmaar 2007 65
HaA