ila
In Alkmaar wist Joop zijn drukke bezigheden als predikant te combineren met de
geschiedbeoefening. Hij was altijd al geïnteresseerd geweest in kerkgeschiedenis. Na
een druk weekend gevuld met kerkelijke bezigheden, genoot hij ervan om op de
maandagochtenden het Alkmaarse gemeentearchief te bezoeken. Toen later het
Regionaal Archief op de maandagen dicht ging voor bezoekers, week hij uit naar de
dinsdagochtend.
In 1984 verscheen in de Alkmaarse Historische Reeks een eerste studie van zijn hand,
gewijd aan het Alkmaarse kerkelijke leven in de 19de eeuw. In de jaren erna volgden er
nog vele andere bijdragen over de Alkmaarse kerkgeschiedenis. In 1987 nam hij in Ach
Lieve Tijd, Tien eeuwen Alkmaar de aflevering "de Alkmaarders en hun ziel en zaligheid"
voor zijn rekening. In 1990 schreef hij voor de Alkmaarse Historische Reeks een over
erleden.
zichtsartikel over het kerkelijk leven in Alkmaar in het begin van de 20ste eeuw. In 2005
jlannen
verzorgde hij in het boekje Geloven in Alkmaar een kernachtige samenvatting van dit alles
n ervan
onder de titel "Een Groot Geestelijk Erfgoed".
uit dat
Een ander onderwerp dat hem boeide, was de geschiedenis van het joodse leven in
ten had
Alkmaar en Den Helder. Zijn belangstelling hiervoor werd gewekt door een aantal
ad toen
persoonlijke documenten van de Alkmaarse joodse familie Drucker, die bewaard worden
er deel-
in de collectie oorlogsdocumentatie van het Regionaal Archief Het lot van de joodse
familie Drucker, eerst ondergedoken, daarna verraden en uiteindelijk omgekomen in
t op 24
Auschwitz, trof hem diep. In 1992 schreef Joop Kaddiesj voor joods Alkmaar, waarin de
der was
geschiedenis van de joodse gemeenschap in Alkmaar wordt behandeld. Het boekje,
na het
verschenen als themanummer van het tijdschrift Oud Alkmaar, vond gerede aftrek. Tot
tuderen
nu toe is er twee keer een herdruk verschenen. In 1999 verscheen van Joops hand ook een
pskerk.
geschiedenis van het joodse leven in Den Helder, zijn oude predikantenplaats, onder de
din Rie
titel De Kille aan het Marsdiep: anderhalve eeuwjoodse^emeenschap in Den Helder.
Joop droeg de Alkmaarse Grote Kerk een warm hart toe. Sinds 1992 was hij secretaris van
verd er
de Stichting Vrienden van de Grote Kerk en sinds 1995 maakte hij ook deel uit van de
werkte
redactie van de periodiek van de Stichting. In die periodiek verzorgde hij sindsdien in
gedeeld
bijna elk nummer wel een bijdrage over de geschiedenis van de Grote Kerk. In de eerste
grappig
nummers zijn die nog vooral gewijd aan de rooms-katholieke voorgeschiedenis van de
3 zagen
kerk. Na wat artikelen over allerlei onderwerpen begon Joop in 2001 met een eerste grote
inwezig
serie: "Schilders van de Grote Sint Laurenskerk". In 7 afleveringen komen daarin
coryfeeën als Pieter Saenredam, Cornelis Pronk, Johannes Bosboom, Klaas de Heer en
in 1997
Koos Stikvoort, maar ook nog 8 andere schilders aan de orde. Toen hij op 1 januari 2003
n plaats
het secretariaat van de Stichting statutair moest neerleggen, bleef er meer tijd over voor
meerde
grote rubrieken als "Rondje om de Kerk" (10 afleveringen] en "Graven in de Grote Kerk".
van tijd
Hij kreeg er steeds meer zin in, want al na twee nummers over de graven besloot hij om
ring op
tegelijkertijd ook nog een rubriek "Buren van de Grote Sint Laurenskerk" te beginnen.
re geen
Beide series heeft hij niet meer mogen afmaken.
ningen.
Van zijn andere bezigheden is het lidmaatschap van de Alkmaarse Rotary nog het
35