De voormalige HEAO aan
de Burgemeester Palingstraat
in 1986.
Collectie Regionaal Archief
Willem Blaeu): er ligt veel ruimte omheen en de locatie is goud waard. Een
schoolbestuur wil uit de verkoop van het oude gebouw natuurlijk zo veel mogelijk geld
halen voor een mooi nieuw gebouw, maar het oude gebouw levert veel minder geld op
dan de kale bouwgrond. De druk op de bestaande stad neemt toe.
Monumentenzorg heeft daar heel weinig invloed op. De ambachtsschool is een
monument geworden, dus daar heeft de gemeente wat meet grip op. Maar je kunt niet
elk schoolgebouw op de monumentenlijst zetten om sloop te voorkomen, dat lost
weinig op. Je moet al e'érder nadenken over een volgende eigenaar, een volgende
bestemming, zonder direct van sloop uit te gaan. We zouden in Alkmaar wat creatiever
moeten zijn met herbestemming. Soms gaat het goed, zoals de oude Wilhelminaschool
waarin een grafisch centrum gevestigd is. Dat de oude stadstimmerwerf door de
gemeente is verlaten en een nieuwe functie heeft gekregen als onderkomen voor de
Woningstichting SVA is prachtig. Dat men besloten heeft het kaaspakhuis Eyssen te
laten staan, hoewel het geen monument is, is mooi. Je kunt natuurlijk wel proberen te
beïnvloeden, maar het blijft een beslissing van de eigenaren of de gemeente.
Toen ik begon stond ik voor een verpauperde stad die gerestaureerd moest worden. Mijn
opvolger Luuk Veneman staat voor heel andere problemen: een vollere en dynamische
stad, waar alles in dat gebied moet gebeuren. Daar komen heel andere overwegingen en
krachten om de hoek kijken, het spanningsveld tussen gebruik en watje wilt behouden
is in de binnenstad het grootst. Dat hebben we natuurlijk de laatste jaren al gemerkt bij
de ontwikkeling van de Schelphoek! Monumentenzorg moet een andere route gaan
volgen: meer communicatie met het publiek, en meer historisch geografisch onderzoek.