opnieuw Willem Frederik genaamd. De
derde W.F. Stoel was scheepsbouwkundig
ingenieur.
Waarschijnlijk omdat de markt vanwege de
economische crisis erg was ingezakt, kwam
het in 1932 tot een fusie met een scheeps
werf uit Waddirtxveen van de familie Vis.
Deze werf had zich toegelegd op de bouw
van stalen jachten. Eigenaar ervan was
Abraham Vis die evenals ir. Stoel tot de
derde generatie scheepsbouwers van zijn
familie behoorde. Ook in de familie Vis
kregen de oudste zoons steeds dezelfde
voornaam als hun vader: Abraham. De
beide werven gingen samen onder de naam
'N.V. Scheepswerven Nicolaas Witsen Vis'. De activiteiten in Waddinxveen werden
overgeheveld naar Alkmaar. Abraham Vis werd directeur van de nieuwe onder
neming en ir. Stoel werd voorzitter van de raad van commissarissen.
De crisisjaren en daaropvolgende Tweede Wereldoorlog waren een moeilijke periode
voor het bedrijf De afzet stagneerde. Wel had men een sterk product: kleine ca. 7,5
meter lange stalen jachten, 'Royal kruiser' genoemd, waarvan er blijkens de werf-
boeken in de jaren dertig drie standaardtypes waren. Uiteraard kwam de productie
tijdens de Tweede Wereldoorlog vrijwel geheel stil te liggen. Door de bezetter werd
de werf gedwongen tot het bouwen van een aantal boten voor de 'Wasser-
schutzpolizei' en voor een rederij in Stettin.
Abraham Vis (links) en
Willem Frederik Stoel
(rechts), ca. 1950.
Collectie Nautisch Centrum
Witsen
Overzichtsfoto van de
scheepswerf in 1953.
Collectie Nautisch Centrum
Witsen
1
Nieuwe bloei na de Tweede
Wereldoorlog
De eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog
waren nog vrij moeilijk. Jachten waren
tenslotte een luxe-artikel. Directeur Vis
ging daarom actief op zoek naar nieuwe
afzetmarkten in het buitenland. Vanaf
het eind van de jaren veertig werkte de
werf samen met een zestal andere werven
in Lisse, Kaag, Zaandam, Nieuwendam-
Amsterdam, Aalsmeer en Haarlem in de
exportcombinatie 'Feadship'. De letters
stonden voor: 'First Export Association of
Dutch Shipbuilders'. De organisatie be-
16