gespeeld worden." Twee van de vijf bestuursleden stemmen op deze bestuurs
vergadering tegen. Een van de twee was secretaris Nobel, die dit argument later als
pietluttig bestempelde: "nu evenwel blijkt, dat het biljart de voornaamste reden tot
verplaatsing was, zal ik daaraan toevoegen, dat het zeldzaam gebruikt werd vóór 10V2
ure en dan nog veelal met toestemming van den voorzitter."
Het andere tegenstemmende bestuurslid was de heer G. van Nieuwkuik. Deze
schoenen- en laarzenhandelaar had zijn zaak aan de Houttil, dus vlakbij café Clay, en
was de eerste Alkmaarder die ooit persoonlijk lid geworden was van de Nederlandse
Schaakbond. Hij zou in 1906 de eerste penningmeester en in 1914 de derde voorzitter van
V.V.V. worden. Van Nieuwkuik werd er door Nuijens van beschuldigd meteen na de
bestuursvergadering bij leden langs te zijn gegaan om ze tegen het bestuursvoorstel op
te zetten. Als dit al waar was en bovendien, waarom zou het niet mogen, in ieder geval
had het niet het gewenste resultaat, want op de ledenvergadering van 30 juni 1905 werd
het bestuursvoorstel om van lokaal te veranderen met 9 tegen 6 stemmen aangenomen.
De zes tegenstemmende leden, onder wie wel Van Nieuwkuik, maar nog niet Nobel,
zegden hun lidmaatschap op. Toch bleven ze de volgende clubavonden in juli en
augustus nog gewoon naar café Clay komen. Van die gelegenheid maakte oud-lid Van
Nieuwkuik gebruik om te verzoeken een nieuwe ledenvergadering bijeen te roepen,
want die van 30 juni was volgens hem onwettig, omdat secretaris Nobel niet alle leden
had uitgenodigd. Op deze extra algemene ledenvergadering op 28 juli werd Nobel er van
beschuldigd, dat hij "met voorbedachtheid dat lid niet geconvoceerd had", om zo een
discussie over de onwettigheid van de vergadering mogelijk te maken. Nobel verweerde
zich met het argument, dat hij het buiten de stad vertoevend lid alleen niet
geconvoceerd had, omdat hij toch wel niet zou komen. Bij de stemming, waaraan slechts
de tien leden mochten meedoen, die nog niet als lid bedankt hadden, werd deze
onwettigverklaring met 3 of 4 tegenstemmen verworpen. Hierna legde Nobel zijn
functie neer en zegde ook zijn lidmaatschap op, getergd als hij was door het getoonde
wantrouwen; hij was toch in eerste instantie zo democratisch geweest om zich aan het
besluit van de meerderheid te conformeren, hoewel hij het er eigenlijk niet mee eens
was.
Ook in de eerste weken van augustus bleven de ex-leden de clubavonden bezoeken.
Mogelijk was dat een reden voor het bestuur van de 'Alkmaarsche Schaakclub' om zoals
Nobel op 23 augustus schreef, "in de voorgaande week reeds de eigendommen der Club
te verplaatsen naar het aangenomen lokaal, en aan de leden kennis te geven, dat de Club
voortaan daar zijn vergaderingen en speelavonden zou houden". Nobel zou hier later
aan toevoegen: "Als reden voor het zoo spoedig verhuizen van de club geeft het bestuur
het na-pleiten van de leden die bedankt hebben. Jammer dat ze geen betere aan de hand
kunnen doen, waar toch en wanneer is er nagepleit tusschen 30 Juni en 28 Juli en waar
en wanneer na 28 Juli, integendeel, wij hebben eiken gewonen speelavond met elkander
geschaakt alsof er niets gebeurd ware. En als nu het bestuur geen enkele critiek verdiend