zoals anderen dat deden die zich op dat Polynesische eiland vestigden. Gouwe wilde
geen realiteit kopiëren maar de realiteit tonen zoals niemand die ooit gezien had. En dat
vroeg om doordringen in onderwerp, persoon en natuur". Het leidde tot felle,
lichtintense, brutaal geschilderde doeken. Stevig in de verf, materieel van opzet,
geestelijk in de uitvoering.
Van november 1927 tot maart 1959 had Herman Gouwe zijn geboortestad niet terug
gezien. Maar enkele succesvolle tentoonstellingen in Tahiti's hoofdstad Papeete, waar
hij nogal wat schilderijen verkocht, stelden hem in staat nog eens naar Nederland te
gaan. In februari laat de 84-jarige schilder zich inschepen, uitgeleide gedaan door vele
vrienden, op een schip dat hem naar Marseille brengt. Met drie grote kisten vol
schilderijen voor exposities in het Amsterdams Stedelijk Museum en in Maastricht
brengen Franse vrienden hem per auto van Marseille naar Alkmaar, waar hij zijn intrek
neemt bij zijn 87-jarige zuster Annette in de Steynstraat. Tragischerwijze overlijdt zij
kort nadat broer en zus elkaar na meer dan dertig jaar hebben weergezien. Ook het
Alkmaar uit zijnjongejaren vindt hij niet meer terug. Hij schrijft in zijn memoires: "Ik
kon mij er nog oriënteren doordat ik de onderlinge verhouding van de straten kende,
maar het aspect van de straten was totaal anders geworden, vooral in het centrum; daar
waren geen gewone of voorname huizen meer. Nu waren het allemaal magazijnen met
grote spiegelruiten en de straten vol mensen en toeterende auto's. Ik dacht met
weemoed eraan hoe het vroeger was, nu meer dan 70 jaar geleden, toen er nog onkruid
groeide tussen de stenen in stille straten. Het waren toch dezelfde buurten waar ik had
rondgezworven, vertrouwd met de straat en vertrouwd met de mensen die er liepen. Nu
zag alles eruit als splinternieuw en de mensen hadden allemaal haast". Met de exposities
in het Stedelijk Museum in Amsterdam en de Jan van Eyck Academie in Maastricht
oogst Gouwe veel lof Hij verkoopt in totaal negen schilderijen van de 54 die hij had
meegebracht. De Alkmaarse kunstcriticus Douwe van Wigcheren wijdt in de
Alkmaarsche Courant een lovend artikel aan het geëxposeerde werk van deze oud-
Alkmaarder. Hij schrijft o.a.: "Deze 84-jarige schilder legt ook thans nog een
opmerkelijke vitaliteit aan de dag. Niet alles is misschien even sterk, maar in zijn beste
stukken toont hij een voortreffelijke beheersing van kleur en materiaal bij een
schilderswijze die een sterke affiniteit tot die van Van Gogh laat zien". Na enkele
maanden verlangt de schilder toch weet naar Tahiti en keert hij definitief terug. Nog
eenmaal exposeert hij in de hoofdstad Papeete, in het voorjaar van 1960. Tijdens deze
expositie verkoopt hij 30 schilderijen aan een op Tahiti woonachtige Amerikaan, die
deze meteen naar New York stuurt. Hij krijgt voor de kunstwerken het astronomische
bedrag van 800 duizend francs. Daardoor zijn de laatste jaren van zijn leven in financieel
opzicht tamelijk onbezorgd. Wel ging zijn gezondheid sterk achteruit. Op 28 december
1965 sterft hij, 90 jaar oud.
De verdienste van het werk van Monique Dickhout is dat het ons meer dan wat er eerder
over Gouwe werd geschreven, inzicht geeft in zijn artistieke ontwikkeling. Vooral de