secretaris van de personeelsvereniging. Kenmerkend voor Cor Neef was zijn weigering
van het lintje dat hem ter gelegenheid van zijn 40-jarig jubileum ten deel viel. Hij vond
dat er teveel klassenverschillen gemaakt werden bij de uitdeling van de koninklijke
onderscheidingen.
DeAJC
Heel belangrijk voor Cor Neef was zijn lidmaatschap van de Alkmaarse afdeling van de
AJC, voluit: Arbeiders Jeugd Centrale. De in 1918 opgerichte AJC vormde aanvankelijk de
jeugdbeweging van de SDAP en de vakcentrale NW en werd in 1920 zelfstandig.
Onbetwist leider van de AJC op landelijk terrein was Koos Vorrink. Typerend voor de AJC
was het herontdekken van de natuur door wandelen en kamperen; een drang naar
soberheid (alcohol bijvoorbeeld was taboe), afkeer van burgerlijkheid; verder de in
voering van nieuwe ontspanningsvormen zoals volksdansen, het zingen van volks
liederen en de uitvoering van zogenaamde 'lekenspelen', waarbij niet zozeer het
toneelspel centraal stond, maar de weergave van een boodschap. Het doel van de AJC was
vorm te geven aan het socialistische cultuurideaal. Een nieuwe gemeenschapsmens
moest tot stand komen. De jongere AJC-ers - in de leeftijd van 12 tot 16 - waren in latere
jaren naar analogie met de padvinderij georganiseerd in zogenaamde 'horden' van 'Rode
Valken'. Ze gingen gekleed in een blauwe kiel met een rode das. In 1922 waren er
landelijk ruim to.ooo leden. In de jaren dertig nam de animo wat af in 1938 was het
Ir. W.F. Stoel overhandigt Cor
Neefin 1954 een oorkonde ter
gelegenheid van zijn 25-jarig
jubileum bij de firma Stoel.
Links Neefs echtgenote
Geertruida Torenvlied en
linksonder zoon Enno.
Collectie Regionaal Archief
13