Wateroverlast na een
onweersbui op de Houtweg,
3 juli 1944.
Foto: collectie Ru Waalewijn
De aanwezigheid van de Lindenschool, de Boschkleuterschool en de Korenlaanschool in
de omgeving maakten dat veel kinderen via de Houtweg naar en van school liepen, want
fietsen voor dagelijks gebruik was er in die dagen, zelfs voor de kinderen uit de
Egmondermeer, nog niet bij. Van gemotoriseerd verkeer was ook nauwelijks sprake.
Alleen de heer Kostelijk aan het begin van de Houtweg op de hoek met de Lindenlaan,
en Buisman, fabrikant van de toen bekende 'Buismans jodenkoeken' aan het eind van de
Houtweg hadden een auto. De familie Blom bezat een Harley Davidson met zijspan.
Door het ontbreken van auto's en motoren leverde het op straat spelen tussen alle
neringdoenden weinig problemen op.
Vandaag de dag is er eigenlijk alleen nog maar bedrijvigheid in het centrum van de
steden. Het is niet voor niets dat de naoorlogse stadsuitbreidingen vaak betiteld worden
als slaapsteden. Buiten het stadscentrum zijn de gemeentelijke straatveger en de
vuilniswagen, in Alkmaar indertijd getrokken door een zware Zeeuwse knol, nog
overgebleven van al die dienstverlening uit het verleden. Evenzo de postbode die in
tegenstelling tot voorheen nu nog maar een keer per dag langskomt en de kranten
bezorger. De auto en de fietsers zorgen nu voor een verlevendiging van het straatbeeld,
maar de deurbel blijft soms dagen lang onberoerd.
Noten
1 Dc auteur van dit artikel, geboren in 1925, heeft van 11-8-1927 tot 17-6-1954 op de Houtweg
gewoond. Zijn ouders woonden er tot 1990.
2 De uitdrukking 'poepen' is een ouderwets scheldwoord voor Duitsers. Vergelijk ook de
'fijndoekspoepen' in het volgende artikel op blz. 21.