Het Müller-orgel na de
recente restauratie.
Foto: Joop Elsinga
Het orgel van de Kapelkerk in de 20ste eeuw
In 1904 werd de tot dan toe mahoniekleurige orgelkas met
marmerimitatie naar een ontwerp van architect Jan de
Quack geheel overgeschilderd in pasteltinten. Zijn
aquarelontwerp bevindt zich nog steeds in de kerk.
De volgende ingrijpende renovatie vond plaats in 1940 en
werd uitgevoerd door de Zaanse orgelmaker H.W. Flentrop,
waarbij verschillende dispositiewijzigingen werden aan
gebracht. Ook werd een vrij Pedaal met elektrische tractuur
toegevoegd. De waarnemend organist van de Grote Kerk,
dr. Piet Brommer (in het dagelijks leven rector van het
gymnasium), trad als adviseur op. Alhoewel getracht werd
het pijpwerk volgens 'het ouderwetsche toonkarakter' te
intoneren ging bij deze renovatie helaas veel historisch
pijpwerk verloren, zoals de Trompet en Dulciaan van
Müller, de Baarpijp van Strumphler en de Viola di Gamba
van Ypma. Adviseur Brommer was desondanks tevreden
over het resultaat en schreef op 27 december 1940 aan de
kerkvoogdij dat dankzij zijn zorg een orgel tot stand was
gebracht 'waarop de Alkmaarse Gemeente trots mag zijn. De
euvelen van het oude mechaniek zijn behoorlijk onder
vangen. Het oude pijpwerk is, ondanks het vaak slechte materiaal [Nota bene: Brommer
heeft het hier over het pijpwerk van Christian Müller!], met het nieuwe zodanig tot een
eenheid gebracht, dat zelfs een rijk te noemen geheel is verkregen'.
Nadat de kerk in de jaren 1952-1957 was gerestaureerd herstelde D.A. Flentrop het orgel,
waarbij enkele registers van plaats wisselden. Op 3 september 1957 werd de kerk
feestelijk in gebruik genomen met een kerkdienst waarbij Henk van Westrienen, de
vaste organist van de Kapelkerk sinds 1946, het orgel bespeelde.
Tot 1980 werd de Kapelkerk door de hervormde gemeente wekelijks gebruikt voor de ere
dienst. Toen op 30 december van dat jaar ds. R. Boonstra afscheid nam vanwege emeritaat
besloot de kerkvoogdij het gebouw, mede vanwege de slechte staat waarin het inmiddels
verkeerde, te sluiten voor kerkdiensten. Toen kort daarop echter bleek dat de NCRV
opnames zou komen maken voor het televisieprogramma 'Kerkepad 81' besloot een aantal
leden van de hervormde gemeente de handen uit de mouwen te steken om de kerk weer op
te knappen; de werkgroep 'Herstel de Kapel' was geboren. Naast herstel- en schoonmaak
werk organiseerde deze groep vrijwilligers onder andere openstellingen op de kaasmarkt
vrijdagen, waarbij Henk van Westrienen het Müller-orgel bespeelde; een traditie die na
diens overlijden in 1985 werd voortgezet. Sinds 1985 wordt de kerk tevens verhuurd aan de
gereformeerde kerk (vrijgemaakt) die er haar zondagse kerkdiensten houdt.
Het Müller-orgel was, ondanks de slechte conditie van het instrument, de laatste