verlaten, maar hij weigerde zich aan de beslissing van het Kapittel te houden. De mater
werd door de minister-generaal uit het ambt gezet en in aanwezigheid van een notaris
werd de verkiezing van de nieuwe moeder gehouden.
Maarten Formerius verliet het convent 's nachts, terwijl de zusters en de commissie
sliepen. De volgende dag, na de mis, benoemde de minister-generaal een nieuwe
schrijfzuster, kokkin, kosteres en twee nieuwe bewaarders van het spreekhuis.21
Een jaar later werd in het Jonge Hof de vergadering van het Kapittel gehouden. Op de
agenda stond de bespreking van de bul van paus Pius V, die het stellen van het Kapittel
van Utrecht onder de jurisdictie van de minderbroeders beoogde. Het Oude en het Jonge
Hof namen een heel actieve rol in het verzet tegen de beslissing en gingen een
verbintenis aan met de maters van andere derde orde conventen om tegen de onder
werping aan de minderbroeders te appelleren.22
Middelhof23
Het Middelhof, de derde van de Alkmaarse conventen van de derde orde, wordt pas in
1444 expliciet in de bronnen genoemd. Op 1 december van dat jaar werd een
overeenkomst gesloten tussen de drie zusterhoven en het schuttersgilde. Het Middelhof
beloofde jaarlijks een kwart Engelse nobel aan de schutterij te betalen.24
De gemeenschap kreeg in 1457, samen met het Jonge Hof, een aantal gunsten van de
De voormalige klooster
gebouwen van het
Middelhof op de kaart
van Drebbel, 1597.
Collectie Regionaal Archief