oord Heer ïysbert to r Harman dat dese "ranciscus ichten en efden. Hij duwenaar gewijd. In chter niet esters, de 1 1397 een 07 was hij m. Buiten 'an Leiden rokken bij g van een em Spaen, imen met oern'11 regel van zekerheid van Sinte raam toe- orkomend )e zusters :n pastoor 1 oversten iet klok te chten van 1468 door ef Jan van :n vinden. ;n worden ien (bij de professie van nieuwe zusters, op de vier hoogtijdagen, op kermisdagen, op hun patroonfeest en bij begrafenissen) mochten zij echter 'missen ende andere dienste Goods singende of lesende laten doen mit open doeren ende nae negen uren alst hem stadet ende belieft' en in hun kapel mochten zij een ciborie houden met 'ons liefs Heren ende die heilige olye der sieken'.14 'Zusteren in der oirde van penitencien Sente Franciscus op die Hogestrate'15 Jan van Schiedam had reeds in 1457 een gelijkluidende brief opgesteld voor de twee andere gemeenschappen van de derde orde, het Jonge Hof en het Middelhof16 De kapel en het altaar mochten worden gewijd en de liturgische activiteiten mochten slechts op de besproken tijdstippen plaatsvinden. De zusters van de twee conventen kregen tevens toestemming om hun gemeenschappen te besluiten. Het Jonge Hof beschikte in 1457 al over een kapel: in een akte gedateerd 2 mei 1433 gaf Martinus, vicarius van de bisschop van Utrecht, aan de kapel van het convent een aflaat van 40 dagen, te verwerven door degenen, die op bepaalde feestdagen de kapel bezochten, devoties verrichtten of giften schonken.17 Het Jonge Hof komt voor het eerst in 1415 in de bronnen voor, als gemeenschap van de derde orde van Sint Franciscus. In een charter gedateerd 8 april 1415 oorkonden Claes van Adrichem en Pieter Jansz., dat Wisse Gherytsz. een huis met erf aan de Hoogstraat De zegels van de Alkmaarse pastoor (links) en de Utrechtse bisschop (rechts) aan de stukken betreffende de door hen verleende privileges aan het Oude Hof 1464 en 1468. Archief klooster Oude Hof \rz 23

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2002 | | pagina 31