Voor de diners en soupers werden bijna alleen mensen uit de rechterlijke macht en de
gemeenteraad uitgenodigd, maar ook veel hooggeplaatsten van de kadettenschool, een
notaris, een arts, en de commissaris van de politie. Verder waren op deze gelegenheden
wel eens familieleden aanwezig en soms de Van Reenens uit Bergen. Dat de coterieën bij
dit soort gelegenheden gescheiden waren blijkt uit het volgende citaat: 'Het was een
mooi diner maar ik zou wel eens van gezelschap willen varieren'. Dit is ook wat Ernst
Heldring over het Amsterdamse uitgaansleven aan het einde van de negentiende eeuw
schreef 'Men ontmoette steeds dezelfde gezichten waarvan het merendeel vervelend en
stijf was'.74 Verder hield Frederica van gedistingeerd gedrag, zo schreef zij in 1899 over
de vrouw van de officier van justitie: 'Mev. Modderman was druk en schetterachtig. Zij
is al eens heel weinig gedistingeerd'. Een andere kennis vond ze wel mooi maar vreselijk
burgerlijk. Overigens ging ook Frederica volgens adellijk gebruik zeer vaak bij haar
boeren langs. Ze was verzot op hen en ging er dan ook veel op bezoek.
In de scholing van Frederica's kinderen is een duidelijk proces van verburgerlijking te
zien. Haar oudste dochter Anna ging van 1891 tot 1900 naar de openbare school voor
meisjes, waar ze onder andere les kreeg in rekenen, geschiedenis, aardrijkskunde en
nuttige handwerken. Na twee jaar op kostschool te Middenbosch te hebben gezeten,
volgde ze de Alkmaarse Huishoud- en Industrieschool, waar ze les kreeg in
machinenaaien, kostuumnaaien en koken. Zij kreeg daarnaast piano-, teken- en gymles.
Haar zusje Elisabeth ging ook naar de openbare school voor meisjes. Hun broer Giesbert
ging achtereenvolgens naar de openbare burgerschool, de Rijks-HBS en het stedelijk
Gymnasium, om vervolgens rechten te gaan studeren.75 Anderzijds werd hij eveneens
voorbereid op zijn toekomstige rol als grondbezitter. Op vijftienjarige leeftijd ging hij al
bij boeren langs. Frederica: 'Bartout vindt het goed en nuttig dat hij de boeren kent en de
zaken leert'. Hij werd dus eveneens voorbereid op zijn toekomstige rol als
grondbezitter.76
Opvallend is dat haar drie kinderen allen vrij laat huwden. Anna trouwde in I9t2 op
haar achtentwintigste met Cornelis Fokker, zoon van een advocaat, procureur en
wethouder te Middelburg, maar liet zich na een halfjaar weer van hem scheiden. Over
het hoe en waarom is helaas geen informatie beschikbaar, wel is duidelijk dat dit een
schande was en dat haar moeder medelijden met haar had. Op haar zevenendertigste
ging ze een huwelijk aan met Jhr. Louis de Geer van Jutphaas, maar na driejaar werd ook
dit ontbonden. Giesbert trouwde op zijn drieëndertigste met Fenna Voet van
Vormizeele, dochter van een ambtenaar van de posterijen, en zijn zus Elisabeth huwde
op haar zesenveertigste met Willem Kaars Sijpestein, een industrieel.77
Tot slot
Gedurende de negentiende eeuw was er sprake van vele veranderingen in het politieke
en financiële vermogen en de levenswijze van de familie Fontein Verschuir. Hierbij
kwam tevens een aantal tegenstellingen naar voren.