behoefte aan. Frederica schreef in 1905 dat
het lezen van haar oude dagboeken haar
erg amuseerde. Ook schreef zij een keer:
'Ik geraak met alles in de war en juist nu is
mijn dagboek onvolledig'.50 Zij schreef
dus voor haar plezier en als geheugen
steuntje.
Misschien had haar dagboek nog een
andere functie. Frederica hield namelijk
tamelijk precies bij, wie bij haar op bezoek
waren geweest en waar zij zelf kwam. In
deze periode gold het principe van visite
en contravisite. Frederica maakte bijna
iedere dag een aantal bezoekjes. In haar
dagboek maakte ze duidelijk onderscheid
tussen verschillende soorten visites:
felicitatie-, condoléance- en kraamvisites,
ziekenbezoeken, digestie-, welkoms-,
afscheids- en nieuwjaarsvisites. Daarnaast kende men de gewone theevisites, die 's
avonds na het 'middagmaal' van vijf uur, tussen zeven en half acht plaats vonden.51 Als
men een bezoek had ontvangen, verwachtte men dat een contravisite gemaakt werd.
Frederica schreef dan ook vaak in de trant van: 'We hadden het plan om onze
visiteschuld af te doen'. Als iemand niet thuis gaf werd een kaartje afgegeven.52 Volgens
Ileen Montijn55 waren de visites rond t9oo zeer formeel van karakter en duurden ze
meestal niet langer dan een kwartier. De vrouwen dienden er goed verzorgd uit te zien
en de gesprekken bleven over het algemeen zeer formeel. Hoe later het bezoek in de
middag werd afgelegd, hoe hechter de band tussen de bezoekster en de gastvrouw.
Visites afleggen was een vrouwenaangelegenheid. Ik heb echter geen aanwijzingen
kunnen vinden voor deze laatste stelling. Uit Frederica's dagboek blijkt namelijk dat
haar man Bartout regelmatig meeging. Wel maakte Frederica veruit de meeste visites.
Daarnaast stelden veel vrouwen uit de elite aan het einde van de negentiende eeuw een
'jour' of ontvangstdag in, die alleen voor vrouwen was bedoeld. Dit was een uit Frankrijk
overgenomen gebruik en hield in dat men maar één keer per week op een vaste dag
bezoek ontving. Het bespaarde niet alleen veel tijd en moeite, maar het kan ook gezien
worden als een een proces van verdeftiging. Frederica hield elke dinsdag een jour. In de
kring waarin ze verkeerde, introduceerden de moeders op de ontvangdagen hun
dochters, als deze op huwbare leeftijd waren en deel gingen nemen aan het
uitgaansleven. Zo schreef Frederica: 'Ik had ontvangdag, (..jmevrouw van Lidth kwam
die Marie officieel presenteerde'.54 Naast deze jours ging Frederica overigens nog vaak
visites maken, soms in gezelschap van haar echtgenoot.
De dagboeken van Cornelia
Frederica Fontein Verschuir
75