'verdraaid aardige schurkie' uit Rotterdam, het meisje dat zij altijd met 'hun' jonker
zagen schaatsend9 Cornelia beschrijft het huwelijk van haar ouders als een
verstandshuwelijk. In materieel opzicht de redding van de Nijenburg, werd het huwelijk
emotioneel geen succes; Cornelis en zijn vrouw waren te verschillend van aard om veel
affectie voor elkaar op te vatten. Uit een brief die hij van zijn moeder ontving, blijkt dat
Cornelis klaagde dat zij hem met zoveel meer begrip tegemoet trad dan zijn vrouw.70
Hoogleraren en predikanten
Eerder zagen we dat de familie in de negentiende eeuw sterkere banden kreeg met het
landelijk leven en haar vermogen grotendeels uit onroerend goed kwam te bestaan. De
familietraditie raakte sterk verbonden met Nijenburg en de familie trachtte dit
landgoed met alle mogelijke middelen te behouden. Daarbij had de familie Van Foreest
eind achttiende eeuw toenadering gezocht tot adellijke milieus door het sluiten van
huwelijken met edelen. Laatstgenoemde trend zette echter niet door. In de negentiende
eeuw zou alleen Maria Cornelia van Foreest (1794-1836) in de echt treden met een
Hangest baron d'Yvoy en de sociale contacten die Dirk van Foreest (1792-1833) en zijn
opvolgers op Nijenburg onderhielden, richtten zich eerder op de geletterde burgerij dan
op de aristocratie.71
Als student in Leiden legde Dirk van Foreest een aantal contacten die van
doorslaggevend belang zouden zijn voor de sociale positie van zijn familie. Zo leerde hij
in Leiden de eminente hoogleraar-predikant Johannes Henricus van der Palm kennen,
met wiens dochter hij in 1816 huwde. Van der Palm had zich als huispredikant van de
Zeeuwse edelman Van der Perre toegang weten te verschaffen tot aristocratische
kringen/2 Dankzij het prestige dat hij opbouwde als gevierd kanselredenaar, agent van
de Nationale Opvoeding en hoogleraar aan de Leidse universiteit, was hij in staat zijn
dochters te laten huwen met edelen en patriciërs. Aanvankelijk een verklaard
tegenstander van alle voorrechten van adel, geboorte en afkomst, bagatelliseerde hij in
1813 de partijstrijd van de voorafgaande jaren tot een ongelukkig misverstand/3 Een
andere hechte band ontstond doordat Dirk tijdens zijn Leidse studententijd
vriendschap sloot met Pieter Loopuyt, die eveneens een dochter van Van der Palm
huwde. Na de voortijdige dood van Dirk in 1833 trad Loopuyt op als voogd over diens
kinderen en beheerder van het familiebezit. Hij arrangeerde het huwelijk tussen zijn
dochter Johanna Elisabeth en Dirks zoon Cornelis van Foreest.
Als gevolg van het huwelijk met de hoogleraarsdochter Jacoba Elisabeth van der Palm
kwamen het huwelijkspatroon en het sociale leven van de Foreesten in het teken te
staan van een Leids universitair milieu. Dit wereldje verschilde nogal van de kennissen
die opduiken in het album amicorum van Dirks vader, die in de jaren 1770 in Leiden
studeerde en hoofdzakelijk met patriciërs en edelen omging/4
Jacoba Elisabeth van der Palm, de weduwe van Dirk van Foreest, verbleef's winters
veelal bij haar familie in Leiden. Uit dit verblijf vloeiden weer verdere bindingen met