M.J. Stucki naar een schilderij
van het beleg van Alkmaar door
een onbekende meester,
Alkmaar 18 september 1573,
ca. 1873.
Lithografie, 14,9 x 25,9 cm.
Topografisch-historische atlas,
Regionaal Archief Alkmaar
(zie ook omslag)
maakten aan de Tachtigjarige Oorlog in de Nederlanden en aan de Dertigjarige Oorlog
in Duitsland. De Noordelijke Nederlanden, de Republiek der Zeven Provinciën, werden
in 1648 een internationaal, ook door Spanje erkende soevereine staat.
Niemand kon in 1573, bij de vreugde over de Victorie van Alkmaar, vermoeden dat de
vrijheidsstrijd nog meer dan een mensenleven zou voortduren. Sterker nog, niemand
kon voorzien wat de afloop van die strijd zou zijn. De Victorie van Alkmaar werd immers
overschaduwd door de val van Haarlem. De strijdende steden en gewesten zouden de
jaren daarna nog zware beproevingen doorstaan. Met als dieptepunt in 1585 het
definitieve verlies van Antwerpen en de Zuidelijke Nederlanden aan de Spaanse
overheerser. Als geen ander heeft de grote Vlaamse schrijver Louis Paul Boon dit drama
aangrijpend verwoord in zijn magistrale Geuzenboek. Kort voor zijn dood, nu 20 jaar
geleden, voltooide hij dat werk met de volgende passage: 'Heel de kust der Noordzee en
de eilanden Texel, Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, van de Wester-Schelde tot de
Ooster-Eems hadden het Spaanse juk afgeschud, en Maurits, de zoon van de Zwijger,
zette de oorlog voort en overwon. En Vlaanderen was overwonnen en stierf) en alle
Geuzen waren er uitgeroeid, amen en uit'. Luid klinkt in deze woorden de verbittering
van de Zuidelijke Nederlanden. En ook het verwijt, dat de Noordelijke Nederlanden het
zover hebben laten komen. Noord en Zuid gingen na 1585 noodgedwongen ieder hun
eigen weg. Beide delen groeiden zó uit elkaar dat een politiek geforceerde hereniging in
1815 na korte tijd jammerlijk moest mislukken. 1585 bleek een definitieve water-
jjl r