u i.-rikkmt itvfc satt JffcV.V h-T .vwfit hawufii i .'hn ur rWrt' \vsri •UAm&r rn Ür nirt Liifii ri.ull^W tWrt V Jtfctif Jim «Vvii h.h \wnwè/irfi ,Vr/ )>iipyr> n.%« ml V./>/7 mf V-i/V r I- fviV fc,vrf VritMihV .7* f .~i in,f I,/. h-.l i'(. i ,it Sr Ixftifrinfr clmXsktlch Opr,'ji' aib*uih' vfhA'n fln, Hf,-ft Jen frr'-rifh AI»*m.tiT «ceii Krr»> ÖRfiur imrruxnr twvhf lur- ni w >Wi VifrT-k^rifi, H(V/f/mflp.V'l •~n,-r.-jiA of.yih.ifn jónd .<fnij.il c^V, (t\lffw fihxfp flaXv ilfSt-mi <f /fantin. r;b,,\\.xrfn11 i i *Jci ri ..'in.- «Hïufcri- vrrwitnfit Aar, t^.i r."rc.t bjm.-n i. Pieter Adriaensz Cluyt, De belegering van Alkmaar door de Spanjaarden, gezien vanuit het noorden, 1580. Olieverf paneel, 108,8 x 200 cm. Stedelijk Museum Alkmaar heeft Nannings Cort verhael vermoedelijk invloed gehad op latere Alkmaarse historici, zoals de schoolmeester Cornelis van der Woude, die in 1645 zijn Kromjcke vatt Alcmaer schreef en de i8de-eeuwse borstelverkoper en amateurschilder Simon Eikelenberg, wiens nagelaten aantekeningen door Gijsbert Boomkamp nauwkeurig werden verwerkt in diens in 1746 verschenen kroniek.5 Op grond van wat zij verder lazen en hoorden en geïnspireerd door een niet aflatende ijver om de loftrompet te steken over de stad en zijn inwoners - waaraan zij kennelijk hun hart hadden verpand - en de God in wie zij geloofden, herschreven zij de geschiedenis, zonder zich gehinderd te voelen door de gekleurde bril waarover ik het in het begin van mijn verhaal had. In de 19de eeuw werden de verhalen verder aangedikt door historici en literatoren die er alles aan gelegen was om Holland op te stoten in de vaart der volkeren, omdat zij zich bedreigd voelden door de politiek en de economie van Engeland en Frankrijk en de Afscheiding van de Zuidelijke Nederlanden. Wat eens een tamelijk nuchter verslag was, werd zo een emotionele getuigenis van een Hollandse stad in nood. De ontwikkeling die in de geschiedschrijving en de literatuur plaatsvond, vond zijn weerklank in de beeldende kunst, want ook schilders brachten het Beleg in beeld. Zo vervaardigde de tamelijk onbekende schilder Pieter Adriaensz Cluyt in 1580 - zeven jaar na het beleg - twee schilderijen voor de Nieuwe of Sint Sebastiaansdoelen (zie afb. 1 en 2). Drieëntwintig jaar later bestelde ook de Oude of Sint Jorisdoelen een paneel over het Beleg (afb. 3). Wie dat schilderde is niet bekend. Op de schilderijen (die te zien zijn in het Stedelijk Museum Alkmaar) vermelden de respectievelijke schilders dat zij de belegering laten zien, zoals die op 21 augustus 1573 werd ingezet door Don Frederik en werd beëindigd op 8 oktober, dankzij de dapperheid van de Alkmaarse burgers en de steun van de almachtige God. Opvallend aan de

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1998 | | pagina 8