A. MEIBOOM, Zoon Albertus (1871-1934) zette de zaak van zijn vader voort. Hij was het die in 1906 P. van der Waal de opdracht gaf om een groot nieuw pakhuis in neo-renaissance stijl te bouwen. Albertus Meiboom en Van der Waal kenden elkaar van de gereformeerde kerk aan de Oudegracht, die schuin tegenover het kolenpakhuis lag. Het pakhuis dat van begin af aan in de ge veltop een gevelsteen met de familienaam Meiboom heeft ge dragen, stamt uit 1906. Het pand kwam in de plaats van een kleiner pakhuis met woonhuis. De voorge vel wekte de suggestie op dat het ging om een gebouw van twee bouwlagen onder een lage kap, maar in prak tijk was er aanvankelijk slechts sprake van één bouwlaag, waarboven een grote zolder onder een mansardekap. Het pakhuis was groot: ruim 9 meter breed en bijna 20 meter diep. De ruimte op de begane grond was in drie beuken verdeeld: de middelste beuk diende tot doorgang en was zo breed en hoog dat een paard er doorheen kon lopen. De zijbeuken werden door schotten in vakken ver deeld (acht vakken aan elke zijde van het middenpad). In de verschillen de vakken konden de brandstoffen opgeslagen worden. Die indeling met houten schotten is in de loop der tijd verdwenen. Bij het pakhuis behoorde een vrijstaande paardenstal op het achtererf, eveneens doorVan der Waal in 1906 ontworpen. In die jaren werden grote transporten nog met paard en wagen verzorgd. Lag er sneeuw, dan werd het paard voor een grote slee gespannen. Voor kleinere transporten werden handkarren gebruikt. Overigens werd er in die jaren ook het nodige transport over water verzorgd. De vletten die men daarvoor ge bruikte lagen voor de deur afgemeerd. Er is door bouwheer en architect bewust gestreefd naar een voorgevel met monumentale uitstraling. Daartoe is terug gegrepen op een vorm en decoratieschema, dat al door architecten van de Hollandse renaissance in de eerste helft van de 17e eeuw was ontwikkeld. Deze architectuur vormde aan het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw een bron Meeues. T. J., directeur in het ftijks opvoedingsgesticht, gast huisstraat 1. Meiboom. Akoopman in brandstoffen, verhuurder van hand wagens, oudegracht 269. OUDEGRACHT No. 2G9, Handelaar in Turf, Steenkolen, Hout, Bdquetten, Cokes, HOUTSKOOL-BRIQUETTENVUURMAKERS, en alles wat tot het vak behoort, in het groot en in het klein, tegen concurreerenden prijs. Meiboom. D., winkelier, st. annastraat 3. Meijer. H., schoenmaker, molenbuurt 27. Het aanbod van de firma Meiboom in 1891 .Adresboek van Alkmaar, 1891. 38

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1997 | | pagina 38