Brugman en de Britten
Van Alkmaar begon de victorie - maar ditmaal niet
Met de Nederlandse spreekwoorden gaat het de laatste jaren wonderlijk
toe. Een deel van die traditionele schat aan eenvoudige volkswijsheden
blijft gewoon in gebruik in de betekenis die er al heel lang aan gegeven
is. Een ander deel verdwijnt gewoon uit het spraakgebruik, waarschijn
lijk onder andere omdat het onderwijs er veel minder werk van maakt
dan vroeger. En een derde deel blijft voor het
oog in gebruik, maar met een andere beteke
nis dan in het verleden. Vooral sportjournalis
ten gebruiken bestaande spreekwoorden nog
al eens "verkeerd". Misschien verkeerd
begrepen, misschien een speelse variant? Tot
die derde categorie hoort nu ook de vanouds
bekende zegswijze: "die kan praten als Brug-
matj". Men wil er tegenwoordig vaak mee
aangeven dat iemand (bijvoorbeeld een jong
kind) geweldig spraakzaam is of voor zijn
leeftijd al heel goed kan praten. Maar in de
oorspronkelijke zegswijze "al kon je praten
als Brugman, (toch krijg je je zin niet)", bete
kende het "praten" (in vroeger tijd "kallen")
duidelijk: pleiten, overreden, overtuigen.
Wie was Brugman werkelijk?
Heeft deze Brugman echt bestaan? En wie
was hij dan eigenlijk? Deze vragen worden
hier terecht gesteld, omdat de gemeente Alk
maar al sinds 1959 twee straten naar hem
noemt: de Jan Brugmanhof en de Jan Brug
mankade, vlak bij elkaar gelegen in Overdie.'
Het is daar een dichters- en schrijversbuurt
en onze Brugman werd dus blijkbaar geëerd
om zijn geschriften (die vrijwel niemand
kent) - en wonderlijk genoeg niet om zijn
praten (dat vrijwel iedereen kent). Nog
vreemder is het, dat Brugman meer dan één
straat heeft gekregen, want zo'n eer is in Alk-
Johannes Brugman, predikend te Kampen in maar slechts aan Personen te beurt ge-
1455. vallen. Voorzover we weten, was Brugman
12