Het gaat om een gewelfde dubbelbogige stenen brug, die meer dan 30
meter breed is en die al bijna 500 jaar bestaat. In 1500 besloot het stads
bestuur om ter hoogte van de Langestraat een stenen brug te leggen
over het water van de Mient ter vervanging van een houten brug die
zeer vervallen was. Ze leende daartoe geld van de kerkmeesters. De Ge
welfde Stenenbrug, waarvan de hoofdaanleg uit 1500 stamt, is dus een
tijdgenoot van de Grote Kerk, die tussen 1470 en 1521 verrees. De brug
behoort met onder meer de Grote Kerk en de Kapelkerk tot de oudste
monumenten van de stad.
Op de kaart van Jacob van Deventer uit omstreeks 1561 is te zien dat de
brug ook toen al haar enorme breedte had. Het is niet bekend of voor
de bouw een deskundige van buiten werd aangetrokken, of dat men de
nodige technische expertise zelf in huis had.
Overigens is niet alleen de constructie bijzonder, maar ook de vormge
ving. Nog altijd siert een grote oude windroos het brugdek. Al op de
stadsplattegrond van Drebbel uit 1597 is op de brug een dergelijke
windroos aanwezig. Aanvankelijk was de brug voorzien van stenen
borstweringen, zoals destijds voor dergelijke bruggen gebruikelijk was.
Op de kaart van Drebbel uit 1597 zijn ze afgebeeld. Later werden de
borstweringen vervangen door de bekende ijzeren balustrades die wij
nog altijd kennen.
In de Alkmaarse kroniek van Van der Woude wordt vermeld dat de brug
in 1639 "vermaeckt" is. In dat jaar vonden er de nodige herstelwerk
zaamheden plaats. De eerste steen hiervoor werd gelegd door het zoon
tje van Jan Harxz. Schagen, de toenmalige "fabrykmeester" der stad. Te
vens werd in dat jaar aan het zuideinde van de brug een
"visafslagershuizie" gebouwd. Dit visafslagershuisje is in 1799 weer afge
broken. Op de bekende prent van de Vismarkt naar Cornelis Pronk uit
1746 is in beeld gebracht hoe de brug met het visafslaghuisje eruit zag.
De brug over de Mient had vroeger een andere naam, namelijk Platte
Stenenbrug. Met deze benaming onderscheidde de brug zich van een
andere brede stenen brug die de stad er in de loop van de zestiende
eeuw bij kreeg: de stenen brug over het Verdronkenoord, nabij de Vis
markt. Deze brug, die aanvankelijk hoger was dan de brug over de
Mient, heette vroeger de Hooge Steenenbrug, maar na een ingrijpende
verbouwing in de tachtiger jaren van de vorige eeuw werd zij veel vlak
ker gemaakt. Sedertdien sprak men van de Platte Stenenbrug en noemde
men de brug over de Mient de Gewelfde Stenenbrug.
De schippers van de rondvaartboten signaleerden vorig jaar als eersten,
dat de Gewelfde Stenenbrug dreigde te bezwijken. De oude brugcon-
structie bleek niet meer bestand te zijn tegen de moderne verkeersbe-
31