Sprokkelingen
Uit de Alkmaarse medische praktijk van Pieter van Foreest
Op 14 juli 1584 verscheen de Alkmaarse arts Pieter van Foreest (1521-
1597) in de volle vergadering van de Staten-Generaal. Bijgestaan door
de geneesheer Cornelius Busennius deed hij daar uitvoerig verslag van
de dodelijke verwondingen die de kogels uit het pistool van Balthasar
Gerards in het lichaam van Willem van Oranje hadden aangericht. Het
schot, zo vertelde hij de aanwezigen, "es inghegaen aen de slincke zyde,
dry vingheren beneffens den tepel van de borste, ontrent een groot
stroot breet neerwaerder dan den tepel staet, deur de vijfde ribbe ende is
voorts gepasseert deur de longhe, daernaer deur de dunste membraneuse
partye van het middelrift oft diaphragma ende vandaer deur den erop
van de maghe ende alsoo deur de sevenste ende achtste ribbe, met quet-
singhe derselver, uutghecomen over de slincke zyde, hert aen de spina
dorsi oft pater noster van 't rugghebeen, met twee gaten met interstitie
van een half stroot breede, wesende d'een grooter dan d'ander".
De opdracht tot de sectie en de balseming van het lichaam van de prins
kreeg Pieter van Foreest in zijn hoedanigheid van stadsgeneesheer van
Delft. Twee keer eerder reeds, in 1574 en in 1581, had hij Willem van
Oranje bijgestaan als arts. Voor even was de man die zichzelf beschouw
de als een "Alcmarianus et origine et animo" (Alkmaarder van origine
en inborst) opgenomen in de loop van de wereldgeschiedenis. Maar
meer dan een enerverend incident was zijn optreden in de dagen na de
moord niet. Van Foreest was een druk bezet geneesheer, voor wie Wil
lem van Oranje slechts één van de vele patiënten was.
Pieter van Foreest werd in 1521 te Alkmaar geboren als zoon van de
burgemeester Jorden van Foreest. Nadat hij in Alkmaar de Latijnse
School had doorlopen, stuurde zijn vader hem in 1536 naar de universi
teit van Leuven om medicijnen te studeren. Zoals gebruikelijk in die tijd
voltooide Van Foreest zijn opleiding met een rondreis (een zogenaamde
"grand tour"), die hem naar Frankrijk en Italië voerde, alwaar hij in
1543 aan de universiteit van Bologna promoveerde tot "doctor medici-
nae". De Van Foreest die in 1546 in zijn geboortestad Alkmaar terug
keerde was dus een geleerd man, bekend met de belangrijkste medische
geschriften en theorieën van zijn tijd en beschikkend over contacten
met gerenommeerde buitenlandse hoogleraren. In 1575 wordt hij dan
ook door de curatoren van de Leidse Universiteit uitgenodigd om als
"doctor ende professor in der medicine" aanwezig te zijn bij de ope
ningsplechtigheid.
Geleerde geneesheren waren er echter meer. Wat Van Foreest zo bijzon-
16