ken de titels van de zangbundels uit de steden Schoonhoven, Den Haag
en Delft duidelijk. Deze luiden: Schoonhoofs Lust-Prieelken, Den Nieuwen
Haagsche Nachtegaal en Del/s Cnpidoos Schighje.
Van de teksten, die in de lokale wereldlijke bundels zijn opgenomen,
gaat er gewoonlijk een aantal over de stad zelf en haar omgeving. Gelief
de plekken in of rond de stad, zoals de Hout in Haarlem en in Alkmaar,
krijgen veelvuldig aandacht. De toon is vaak chauvinistisch en aan ge
voelens van naijver wordt zonder enige schroom uiting gegeven. Haar
lem zet zich af tegen Amsterdam en Enkhuizen tegen Hoorn. Gelukkig
is de eigen stad niet het enige onderwerp dat in de lokale liedbundel is
opgenomen. In sommige liedbundels ontbreekt het zelfs. Een ander be
langrijk thema is het vermaak van de jeugd. Veel teksten gaan over het
wandelen langs stromen, in de duinen en naar de zee. En tenslotte zijn er
de boertige en amoureuze liederen.
Om nu terug te komen op Het nieuw vermeerderde Alkmaars liede-boekje,
dit is een lokaal wereldlijk liedboekje. Het meet slechts 4,5 x 7 cm, een
formaat dat kenmerkend is voor een type liedboek dat voornamelijk in
Noord-Holland voorkwam en met de vreemde naam "mopsje" wordt
aangeduid. Deze naam zou afkomstig zijn
van Mopsis, een herder uit de Griekse
Oudheid, die in veel liedteksten een rol
speelt. In het Alkmaarse mopsje komt
Mopsis nog voor in een tekst die begint
met de praktische raadgeving: "Lieve
Mopsje wil je sterven, maak dan eerst je
testament". Jacobus Scheltema schrijft in
zijn Geschiedkundig en letterkundig mengel
werk uit 1825 over het mopsje het volgen
de: "Het was gewoonte, dat de eigentlijke
tafel met ééne aandisching afliep, en alzoo
bleef er bij het nageregt (het desert) gele
genheid tot langer zitten en meer vermaak.
Te Hoorn werden nog tot in onzen leeftijd
gezangboekjes, (de Mopsies) in keurige bandjes, met zilveren haakjes, ja
soms met gouden krabbetjes, op een schenkbord aangeboden, en deze
werden na het afnemen van het gebraad en de toespijze voor den dag
gehaald. Weldra begon dan de vrolijkheid, en gewoonlijk door het op
zingen der geestige en rijk berijmde bruiloftslesjes". Ook aan de uitgave
van het Alkmaars liedboekje is veel zorg besteed. De band is van groen
fluweel en het slotje is van verguld zilver. Band en slotje stammen bei
den uit het begin van de achttiende eeuw. Het boekje bevat voorname-
De titelpagina van het liedboekje.
Foto: Regionaal Archief Alkmaar.
12