De toename van de gronden was niet gelijkmatig over de jaren verdeeld, maar ver
liep met sprongen. Zo kwam er in 1924 4 hectare bij tussen Kennemerstraatweg en
Bleekerssloot. In 1926 werd de eerste grote grondaankoop gedaan ten westen van
het Spoor. Het betrof het Land van Buren, 12 hectare groot, gelegen ten zuiden van
de Bergerweg, daarna volgde de aankoop van nog eens 14 hectare land ten noorden
van de Bergerweg.
Uit de gemeentelijke jaarverslagen blijkt dat het bezit van het grondbedrijf nadien
nog verder toenam. In de periode t934-i939 had het een omvang die varieerde van
ruim 135 tot ruim 140 hectare.
Grondaankopen
Een van de drijfveren voor de oprichting van een gcmeentelijkgrondbedrijf was dat
er behoefte was aan een gemeentelijke instelling die ervoor kon zorgen dat de
gemeente bij toekomstige stadsuitbreidingen over voldoende betaalbare bouw
grond voor de woningbouw zou beschikken. Inderdaad werd het merendeel van de
door het grondbedrijf aangekochte gronden voor de woningbouw bestemd. Men
bouwde in die jaren in Alkmaar volop voor verschillende categorieën bewoners en
zo verrezen er niet alleen vele arbeiderswoningen maar ook middenstandswonin
gen. Bovendien werden er op verschillende plaatsen grote villa's neergezet. Vrijwel
al deze woningen, zowel de meer bescheiden als de zeer luxueuze, werden opge
trokken in de toen heersende stijl van de Amsterdamse School. Het merendeel kreeg
niet alleen een achtertuin, maar ook een kleine tuin aan de voorzijde. Etagebouw
kwam vóór de Tweede Wereldoorlog nog niet voor in de stad.
Tot de vele Alkmaarders die in deze periode naar een nieuwe woning verhuisden,
behoorde ook de directeur van het grondbedrijf Schenk vestigde zich aan de
Kennemerstraatweg 135, aan de rand van het Burgemeesterskwartier, in een van de
royale woningen die daar door de Alkmaarse architect Laurens Groen tussen 1922
en 1929 waren gebouwd.
Een belangrijke categorie gebouwen waarvoor bouwgronden beschikbaar moesten
zijn, waren de scholen. In de hier te behandelen periode heerste er op het gebied van
de scholenbouw een grote bedrijvigheid, met name in de nieuwe wijken die aan de
zuidzijde van de stad in aanbouw waren. Voorts was er woonruimte voor bejaarden
nodig en was er behoefte aan meer ziekenhuisbedden. Ook deze voorzieningen
kwamen aan de zuidzijde van de stad.
Grond voor arbeiderswoningbouw
Een belangrijke rol op het gebied van de arbeiderswoningbouw werd in deze jaren
gespeeld door de woningbouwverenigingen: het socialistische Rochdale, opgericht
in 1920, het katholieke Goed Wonen, opgericht in 1916, en de Vereniging van