heeft gestoffeerd, terwijl Pronk er meerdere tekende. Het ligt verder voor de hand dat ook de kleding een andere is. De personen op het schilderij van Saenredam dragen de kleding die rond 1660 in de mode was, die van Pronk laten de mode van rond 1730 zien. Het werk is mede daar om zo bijzonder, omdat het de enige afbeelding is die ons een indruk geeft van het kerkinterieur in de eerste decennia van de 18de eeuw. Het is dan ook jammer, dat tot nu toe niemand inlichtingen wist te verstrek ken over de verblijfplaats van de originele tekening. De nauwelijks zichtbare signatuur en datum Aanvankelijk viel er op de donker afgedrukte foto van de tekening geen signatuur of jaartal te ontdekken. Later werd er een nieuwe afdruk gemaakt die wat lichter was. Het was J.W. Niemeijer, kenner van de 18de- eeuwse Nederlandse tekenkunst en tot 1991 directeur van het Rijks prentenkabinet te Amsterdam, die mij toen als eerste attent maakte op de sig natuur van de maker en het jaartal dat daaronder geplaatst was. "C. Pronk del. ad. Viv. Ao 1733" staat er te lezen op een onopvallende plek: het onderschot van een der koorstoelen, linksonder op de afbeelding. Het beschilderde tongewelf De lage ruimtes van de Grote Kerk zijn in steen overwelfd. Zowel Saenredam als Pronk geven die gewelfvlakken weer als wit gepleisterde velden. De hoge ruimtes van koor, schip en transepten hebben doorlo pende houten tongewelven gekregen. Deze kruisen elkaar in de viering. Interieur van de Grote Kerk, gezien naar het westen, 1661. Pentekening door Pieter Saenredam. Ontleend aan Gary Schwartz en M.J. Bok, "Pieter Saenredam. The painter and his time.Maarssen-Den Haag, 1990. Signatuur van Cornelis Pronk en jaartal op de interieurtekening van de Grote Kerk. Foto: Rijksdienst voor de Monumentenzorg in Zeist. 10

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1996 | | pagina 10