heersing maar ook zou de peilverlaging van het Bergermeer drooggeval
len nieuw land opleveren langs de oevers. De molens zijn in 1532-33
gebouwd. Kort hierna werd de windaangedreven bemaling toegepast bij
de eerste droogmakerij van West-Europa, de Achtermeer bij Alkmaar.
De beide molens zijn tijdens het Beleg van Alkmaar vernield. De zuide
lijke molen is nog herbouwd (inmiddels was de Bergermeer droog ge
maakt en was er weinig nut meer voor de beide molens), maar werd in
1591 definitief afgebroken.
Opgraving Frieseweg: graafwerk niet de graa fmachine
In het Alkmaarse Jaarboekje van 1971 citeert H. Schoorl de originele re
keningen voor de molenbouw, welke in het Regionaal Archief worden
bewaard. Hierin worden o.a. de leveringen van steen, hout, ijzerwerk,
riet en klei genoemd, het ophogen van de molenerven met duinzand en
bagger- en graafwerk voor de waterlopen. Helaas valt daaruit nog weinig
op te maken over het resultaat van de bouwactiviteiten. Uit miniatuur
schetsjes op kaarten valt af te leiden dat het zal gaan om achtkante wind
molens, waarschijnlijk werkend met een groot scheprad.
Het archeologisch onderzoek bestond in eerste instantie uit een lange
noord-zuid gerichte sleuf waarin werd gezocht naar de molentochten
(sloten).
Van de noordelijke molen bleek elk spoor opgeruimd te zijn. In dit deel
van het terrein was door veenafgraving de gehele bovengrond verdwe
nen. Er werd in de sleuf wel een oost-west lopende sloot doorsneden die
27