Opgravingen Grote Kerk afgerond: enkele voorlopige resultaten Op 16 mei j.1. is het grootste opgravingsproject uit de Alkmaarse geschiedenis beaindigd, het archeologisch onderzoek in de Grote Kerk. In de periode sinds de aanvang op 25 juli 1994 zijn er drie veldwerk campagnes geweest met daartussen slechts korte onderbrekingen. De dagelijkse leiding van het veldwerk berustte bij archeologe Juke Dijkstra die daarbij werd geassisteerd door Rob Roedema. Samen 'runden' ze een karwei waaraan is deelgenomen door in totaal zo'n 50 vrijwilligers, deels amateur-archeologen uit Alkmaar en omgeving en deels studenten uit Amsterdam, Groningen en Leiden. Aangezien de opgravingen momenteel nog verder uitgewerkt moeten worden, kan hier slechts een eerste, zeer voorlopige indruk worden gegeven van de bevindingen. De opgravingen hadden twee doelstellingen. Enerzijds werd onderzoek gedaan naar de vele duizenden begravingen in de kerk, die -zoals destijds gebruikelijk- fungeerde als hoofdbe graafplaats van de stad. Omdat begra ven binnen de kerk duur was, in tegenstelling tot op het kerkhof naast de kerk, treft men er vooral de stoffe lijke resten aan van de gegoede burge rij. Anderzijds werd gezocht naar de voorgangers van het huidige kerkge bouw. Hiervan is uiterst weinig bekend doordat in Alkmaar de schrif telijke bronnen van voor de 16de eeuw schaars zijn. Onderzoek naar de graven Hoewel over de grafvondsten nu al veel te melden valt, beperk ik me hier tot slechts enkele opmerkingen. Het hoofdthema van dit onderzoek is de gezondheidstoestand van de Alkmaarders in vroeger tijd. In de opgraving zijn de stoffelijke resten van meer dan 1000 individuen zorgvuldig geborgen door een hiervoor aange trokken deskundige, Frits Laarman. De grote opgravingssleuf in de viering en het noorderdwars- schip. Vlak achter de grafkelder in het midden en er rechts voor werden de eerste kerkfunderingen ontdekt.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1995 | | pagina 23