De architectuur van het dieselgemaal In de zomer van 1912 brandde de molen van de Overdiepolder af. Ter vervanging van die poldermolen werd in het volgende jaar een dieselge maal gebouwd. De desbetreffende installatie werd geplaatst in een bak stenen gebouwtje naar ontwerp van de Alkmaarse architect L. Groen. Destijds lag het nog temidden van de weilanden, even ten zuiden van de bebouwing van Alkmaar, thans zijn rondom huizen verrezen. Het is op dit moment een van de het vroegste bouwwerken, die van Groen bekend is. Opmerkelijk is de rustige, sobere vormgeving van het exterieur, die in deze jaren vooral voorkwam bij moderne architecten, die ontwerpen maakten onder invloed van Berlage, De Bazel en de ar chitectuurstroming van het rationalisme. Een dergelijk modern karakter was in de poldergemalenbouw van die periode iets bijzonders. In het inwendige is niet alleen de technische installatie, die elders behan deld wordt, belangwekkend, maar ook de ijzeren kapconstructie. Deze eenvoudige constructie met zijn twee ijzeren spantbenen, verbonden door een drietal dunne trekstangen, is namelijk van een ongebruikelijk type. Waar en op welke wijze de ontwerper van dit bijzondere gebouwtje zijn opleiding kreeg en hoe hij zich op de hoogte stelde van de esthetische en technische ontwikkelingen in het bouwvak, is vooralsnog onduide lijk. Feit is, dat hij kort na 1910 - geïnspireerd door het werk van de al genoemde grote bouwmeesters van toen- een aantal nieuwe elementen bracht in de architectuur van Alkmaar. Daaronder geveltoppen, afge werkt met boerenvlechtingen, en gevelstenen met eenvoudige geometri sche motieven. Deze nieuwe elementen treft men zowel aan in het ont werp voor zijn eigen woonhuis aan de Westerweg 65 uit 1911, als in dat voor het hier te behandelen dieselgemaal uit 1912-1913. Een molen of een gemaal? Toen de oude windmolen was afgebrand, stond het polderbestuur voor de beslissing wat nu te doen: opnieuw een molen bouwen, of een ge maal neerzetten. Uit een brief van 17 augustus 1912 van Werkspoor in Amsterdam aan het Polderbestuur blijkt dat het bestuur op dat moment bezig is informatie in te winnen over de mogelijkheid een gemaal te bouwen. In de maand daarna was er ook met de verzekeringsmaatschap pij, waar de oude molen tegen brand verzekerd was, contact over de kwestie. Nadat de verschillende adviezen waren ingewonnen, mochten de inge landen van de polder stemmen over de kwestie. De stemming geschied- 93

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1994 | | pagina 91