In augustus 1944 vorderde de Duitse weermacht, die vlakbij het gemaal bunkers had gebouwd, de woning van machinist Leegwater. Wel mocht hij het gemaal blijven bedienen. De bezetters moeten bang voor spiona ge geweest zijn. In het huis werden kisten munitie opgeslagen die zo zwaar waren dat de vloer verzakte. Tezelfdertijd werd 50 1. olie besteld die niet meer geleverd kon worden. Maar malen is vooruitzien. De waterstand was abnormaal hoog! Vandaar een noodkreet naar Den Haag, naar het bureau voor aardolieprodukten. Met gebruik van teerolie en wat van de verborgen olie van goede kwali teit kon misschien de bevrijding gehaald worden. Maar het moest niet te lang meer duren. Een van de eerste brieven die de post na de bevrijding brengt is van een oude leverancier, de n.v. Petroleum Mij. Bevoorrading blijft moeilijk, want de olie-installaties in Amsterdam en Rotterdam zijn vernield en de transportmiddelen zijn grotendeels in beslag genomen, ook de tankschepen en het rollend spoorwegmaterieel. Vandaar de vraag van de leverancier:" heeft u nog lege vaten? stuur die dan p.o. retour". Ondanks alle problemen is het gemaal evenwel gedurende de oorlogsja ren in bedrijf gebleven. De opheffing van de polder Overdie en Achtermeer In 1962 werd de polder Overdie en Achtermeer "ontpolderd", een re delijke en noodzakelijke stap. Het polderbestuur was namelijk niet opge wassen tegen de verstedelijkingsproblemen van Alkmaar-Zuid. Het had er de mankracht niet voor noch de geldmiddelen, noch de kennis om de grootschalige veranderingen te begeleiden, laat staan die te organiseren. Wanneer begonnen die problemen zichtbaar te worden? Dat was al aan het eind van de vorige en het begin van deze eeuw. De grens van de polder Overdie en Achtermeer liep langs de Kenne- merstraatweg, de Nieuwlandersingel, de Baansingel en het Zeglis. Van ouds was er enige bebouwing langs de "stads stenen weg", bij de Ken- nemerpoort. Al voor de eerste wereldoorlog schoof echter de stedelijke woningbouw naar het zuiden op. Uit bewaard gebleven correspondentie blijkt dat in 1897 de bouwmaatschappij "Rijnecom" en "De Neder landse bouwmaatschappij" uit Amsterdam zich meldden. Het ging hen om de bouw van grote aantallen woningen. Ook woningbouwvereni gingen als die voor volkshuisvesting "Alkmaar" en "Rochdale" kwamen met bouwplannen en legden beslag op de groene weiden. Later volgden plannen voor grotere bouwwerken, zoals scholen en een veiling. Ook kwam er een groot ziekenhuis. Het polderbestuur had met dit alles te maken omdat toestemming gegeven moest worden voor het dempen van sloten en het leggen van dammen met de nodige duikers, pompen, 66 a.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1994 | | pagina 64