maar, werd toen hard gewerkt aan de droogmaking van de Daalmeer
met de Mare en Oudie. Daalmeer is vermoedelijk een samentrekking
van "de Aalmeer", de Mare werd ook wel Waerdermeer of Marewaar-
dermeer genoemd. De drie afzonderlijke poldertjes, verenigd onder een
De Zwijnsmeer op een kaart van Laurens Pietersz. (na 1567).
bestuur, waren droog in 1568. De Ringsloot om de droogmakerijen en
de Molentocht zijn nog onder deze namen op de stadsplattegrond terug
te vinden. Oudie is weer onder water gezet. De achtkante molen stond
op het noordeinde van de Molentocht. Voorts moeten nog genoemd
worden de Zwijnsmeer, nabij de Frieseweg, die in 1567 werd droogge
maakt en de Kleimeren die in 1568 droogvielen.
De taken van al deze waterschappen in Geestmerambacht zijn uiteinde
lijk overgegaan naar twee waterschappen. De zorg voor de Westfriese
Onrringdijk en het boezembeheer kwam in handen van het Hoog
heemraadschap van Uitwaterende Sluizen in Hollands Noorderkwartier
en waterschap Groot-Geestmerambacht zorgt sinds zijn oprichting in
1980 voor de waterbeheersing van het gebied.
30