sprakelijk is, indien de daarna genoemde ontbreekt
(ontbreken).
Artikel 19.
Door het Bestuur wordt ten minste eenmaal per jaar
schouw gedreven over de naleving van de in de artikelen
2, 3, 4 en 16, derde lid, genoemde verplichtingen, welke
schouw, onverminderd het bepaalde bij artikel 134 van het
Algemeen Waterschaps-Reglement voor Noordholland,
ten minste 14 dagen tevoren door middel van aanplakking
bekend gemaakt wordt.
Indien bij een schouw bevonden wordt, dat aan een
verplichting niet is voldaan, geeft het Bestuur, onver
minderd zijn bevoegdheid zulks als een overtreding te
behandelen, hiervan aan den betreffenden onderhouds
plichtige schriftelijk kennis, onder mededeeling, dat hij er
voor heeft zorg te dragen, dat bij een na verloop van ten
minste 14 dagen te houden herschouw wél aan de ver
plichting voldaan is.
Blijkt de onderhoudsplichtige bij een herschouw nog in
gebreke gebleven te zijn, zoo levert zulks een nieuwe
overtreding op.
Artikel 20
Het Bestuur is bevoegd van de verbodsbepalingen van
deze keur tot wederopzegging, al dan niet onder voor
waarden, schriftelijk ontheffing te verleenen.
De ontheffingen verleend onder gelding van vroegere
keuren, worden geacht uit hoofde van deze keur verleend
te zijn.
Hij, die een voorwaarde, verbonden aan een ontheffing,
niet nakomt, wordt geacht geen ontheffing verkregen te
hebben.
Artikel 21.
Onverminderd het bepaalde bij het Wetboek van Straf
vordering zijn, overeenkomstig het gestelde bij de Keuren-