het rugschild van een koorkap, en niet te vergeten het zo fraaie wie- rookscheepje met lepeltje. Het wierookscheepje werd oorspronkelijk als specerijdoos gebruikt en door de V.O.C. naar hier gebracht, zodat dit scheepje tevens een niet-profaan gebruik kende. Ik wil het de lezer niet onthouden om middels de foto zo'n fraai wie- rooklepeltje te tonen. Het is gegoten/gesmeed van eerste gehalte zilver, voorzien van een prachtige steel met aan het einde een gevleugelde put to. In het bakje passen 2-3 wierookkorrels. De lepel is krachtig en duide lijk gekeurd met het Stadskeur Bolsward en het kleine keur, dus het meesterteken: een paardje naar links Ipeus Siccama. Datering ongeveer 1720. Stijl: Louis Quatorze. Zilveren wierooklepeltje Tenslotte wil ik U nog eenmaal wijzen op het hiervoor afgebeelde fraaie schilderij van Lambert Doomer uit 1681, waarop de drie regentessen van het Weeshuis staan, die van een prise de tabac maar wat veel genoten moeten hebben, en die als stille getuige daarvan ook hun snuifdoosje op de tafel lieten vereeuwigen. Een soortgelijk doosje werd hierboven be schreven, dat qua formaat ook vrijwel identiek is. Dit snuifdoosje door Cornelis Croonen gemaakt is een prachtig voor beeld van cultuur uit de Alkmaarse Gouden Eeuw. J.D.G. Strengman 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1994 | | pagina 18