staande uit zware vierkante ingeslagen palen waarlangs horizontale plan
ken waren gespijkerd. Een dergelijke beschoeiing was enkele jaren terug
ook waargenomen bij restauratie van het pand Achterdam 10 op gelijke
afstand van de straat (vriendelijke mededeling H.van Veen). Wellicht was
het gehele blok in één keer aangelegd en liep de beschoeiing langs de
hele Achterdam door. Net als bij de Voordam was de beschoeiing enigs
zins weggedrukt door het gewicht van de opgeworpen grond - bij beide
lokaties was hij door de grond van buitenaf naar binnen gedrukt. Hoe
wel de details me nog niet duidelijk zijn (waarom is het midden van het
hele huizenblok zo hoog gelegen?), vermoed ik dat men het gebied
eerst rondom heeft bedijkt (met beschoeiingen) en daarna het grote bin-
nenvak heeft volgestort met zand, klei en mest. De karrevrachten grond
waren in de sleuf nog te onderscheiden.
De oever van het Voormeer was daarna voorzien van een gemetselde
kade ter hoogte van de oostelijke rooilijn van de huidige straat Achter-
smalling mogelijk van omstreeks 1400 dateerde.
Behalve de profielsleuf werd in Achterdam 16 ook een tweetal beerput
ten opgegraven, waaruit allerlei vondsten uit de 15de tot en met de
17de eeuw werden geborgen.
dam. Deze is in 1989 waar
genomen tijdens een kleine
SBAB-opgraving in Ach
terdam 37. Hij was ge
maakt van bakstenen van
33x16x7,5 en 28x13,5x7,5
cm.
Vereenvoudigde plattegrond en profielen van de opgravingen van
Achterdam 16 (1993) en Voordam 15-17 (1970).
De pijlen wijzen op beschoeiïngsresten en de kade.
Later volgden de verdere
landaanwinningen van het
oostelijk stadsdeel en werd
het grachtje Kooltuin uit
gespaard. Op een gegeven
moment is de gracht ver
smald en zijn de huizen
langs de oostkant van de
Achterdam gebouwd. Bij
SBAB-onderzoeken in Ach
terdam 37 en 39 werd in
1989 ontdekt dat deze ver-
Peter Bitter
19