steun van Vrienden, gemeentelijke en rijksgelden zal het gebouw wor den ingericht voor multifunctioneel gebruik. Hiervoor moet in de ko mende twee jaar nog veel gebeuren, zoals de totale vervanging van de electrische voorzieningen, het aanbrengen van toiletten, herstel van de zerkenvloer en het kleine orgel, een betere ingang en, het laatst maar niet het minst, vloerverwarming. En hier komt de archeologie aan bod, want voor de verwarmingsleidingen en de bijbehorende isolatielaag zal de gehele kerk tot ca 60 cm diepte uitgegraven moeten worden. Daarbij worden naar verwachting honderden oude graven geroerd, diverse graf kelders en mogelijk ook funderingsresten van oudere kerkgebouwen. De tegenwoordige kerk is tussen ca 1470 en 1520 gebouwd ter vervang ing van een oudere kerk, gewijd aan de heiligen Laurens en Matthias. Deze oudere kerk was zwaar beschadigd toen in 1468 de nieuwe toren instortte welke (begonnen in 1458) net klaar was. De toren werd niet herbouwd. Van het oudere gebouw is nog erg weinig bekend - de schaarse historische bronnen zijn overigens nog niet goed onderzocht. De funderingen van de toren werden in 1970 opgegraven door E.H.P. Cordfunke. Wanneer we de buitenkant van de huidige kerk goed bekij ken, komen we drie soorten natuursteen tegen: Belgische kalksteen en Bentheimer zandsteen die destijds zeer in de mode waren, maar ook Duitse tufsteen die in eerder tijd wel maar rond 1500 niet meer gebrui kelijk was. Wellicht is de tufsteen afkomstig van de gesloopte oudere kerk - gezien de hoeveelheid tufsteen kan die wel eens vrij groot zijn geweest. Het archeologisch onderzoek zal zich behalve op eventuele resten van de oudere gebouwen ook richten op de talrijke graven in de kerk. Naar het voorbeeld van de Broerenkerk in Zwolle zou een skeletonderzoek gedaan moeten worden - dit levert allerlei gegevens op over b.v. gemid delde levenskansen, ziekten en gebreken, voedingsgebreken enzovoort. De zerken zijn in 1928 reeds beschreven en geïdentificeerd door J.Be- lonje en P.C.Bloys van Treslong Prins. Een historisch vervolgonder zoek, o.a. van de grafregisters, wordt binnenkort opgestart door Carla Rogge van de Afdeling en door A. Pauptit van het Restauratie Advies en Begeleidingsburo. Voorlopig staat het archeologisch onderzoek ge pland in februari - mei 1994, ruim voordat de aannemer voor de vloer verwarming aan de gang zal gaan. Tijdens de opgraving zal de kerk op vaste bezoektijden opengesteld worden voor publiek. Peter Bitter 23

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1994 | | pagina 26