I e menigeen ijdig aan de stand en de tvoering zijn ;e stoepbank grafenisstoet eeshuis werd thans in het Het bankje ierlijk uitge rechtsonder ding in kleur ag. 49. zijschotten, ip de opme- (imeesters in Leeuwen- 23) en het ent 25, ook heeft zowel vast bankje, atst. De lage e mode van ■pt veld. sober stoep- riet men op van het in de hofje aan an "Ach lie— oesten kun- ■pbank langs erop prakti- ippersgilde- invis uit ca. houten of ijzeren hek. Het al genoemde schilderij uit 1619 van de begrafenisstoet in de Lange- straat geeft niet alleen een stoep met een stoepbank te zien, maar tevens diverse stoepen met stoephekjes. Een aanzienlijk jonger voorbeeld bevond zich eertijds bij het bekende huis De Leeuwenburg uit 1731 aan de Mient. Op de boven genoemde tekening op pag. 255 van "Ach lieve tijd" kan men zien hoe voor de stoep van het huis een hekwerk, gevat tussen monumentale vierkante palen, gepland was. De palen rusten op een voet plaat en hebben aan de bovenzijde een lage bolle bekroning, zoals men in de 18de eeuw wel vaker op stoeppalen aantreft. Ook voor het Hofje van Splinter moet in de 18de eeuw een hekwerk heb ben gestaan, gevat tussen vierkante palen. Op de te kening van Crescent staat dit hek afgebeeld. Het hofje van Splinter met stoephek. Deze tekening, toegeschreven aan de Albnaarse kunstenaar Crescent, laat de situatie van 1798 zien. (Top. Atlas R.A.A.) Stoeppalen Een andere mogelijkheid om de stoep te begrenzen was een reeks ronde, konisch toelopende hardstenen palen, voorzien van een fors basement aan de onderzijde en van een nadrukkelijke accentu ering aan de bovenzijde. Tussen dit soort palen waren geen hekwerken, maar kettingen of stangen aangebracht. Op pag. 118 van "Ach lieve tijd" staat een voorbeeld hiervan bij een huis aan de Oudegracht, in 1817 getekend door J. Crescent. De desbetreffende stoep hoort bij een breed huis dat waarschijnlijk kort te voren gemoderniseerd was. Daarvan getuigen niet alleen de fraai gedetailleerde, rustige kroonlijst die als eni ge versiering een smal tandlijstje draagt, maar ook de deur met het pun tig ovale kussen. Dergelijke onderdelen waren nl. juist in het eerste kwart van de 19de eeuw in zwang, dat wil zeggen in de tijd van het ne oclassicisme. Dat gold ook voor dit soort stoeppalen met kettingen of stangen. Bij dit huis zijn stangen gebruikt. 11

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1994 | | pagina 14