pen; vormen van geld die tegenwoordig de naam 'primitief geld' dra gen. De Griekse schrijver Homerus toonde ons reeds dat in de achtste eeuw vóór het begin van onze jaartelling ossen als rekeneenheid golden. In de Ilias boek VI verhaalde hij van de ruil van Glaucos met Diomedes van een gouden (krijgs-)uitrusting voor een bronzen, een waarde van 100 ossen tegen de prijs van 9. Deze vroege vormen van geld zijn ook naamgevers aan zeer oude, maar nog dagelijks in gebruik zijnde begrip pen als pecunia voor geld (pecus vee) en salaris (sal zout). Het gebruik van geld geschiedt nu zelfs niet altijd meer in haar meest bekende, inmiddels traditionele vorm als munten van goud, zilver of koper. Tegenwoordig worden goud en zilver als metaal voor gewone circulatiemunten bijna niet meer gebruikt. Goedkopere metaalsoorten als nikkel en aluminium kregen in diverse landen al decennia geleden de voorkeur, eerst voor het klein geld, nu zelfs voor munten van hogere waarde. Daarnaast worden ook andere vormen van geld gebruikt, die we naar de aard van het gebruikte materiaal papiergeld en plastic geld noe men. Bij plastic geld moeten we niet denken aan plastic muntstukken of iets dergelijks, maar aan de plastic creditcard, waarmee een steeds groter aantal betalingen wordt verricht. De meest moderne vorm is het elek tronisch geld. Het gaat hier natuurlijk niet meer om een echt tastbare vorm van betaalmiddel. De methode van verwerking van de betaling, elektronisch via de computer, wordt nu gebruikt als naamgever. Het zou te ver voeren hier uitgebreid op al deze moderne vormen van geld nader in te gaan. Het vroegste gebruik en de eerste produktie van geld in de Nederlanden. Het eerste contact met geld in de Nederlanden (grofweg het gebied van de huidige koninkrijken Nederland en België) wordt toegeschreven aan de Kelten. Stammen als de Nerviërs, de Eburonen en de Treveren, die respectievelijk woonden ten oosten van de Schelde, langs de Maas en Moezel, moeten munten gehad hebben. Van een echte geld-economie met een wijde verspreiding kan in die tijd nog niet worden gesproken. De munten zullen vooral zijn gebruikt voor betaling van oorlogsschat ting of losgelden, voor bruidsschatten en offergaven. De Kelten kenden al munten van goud, zilver en koper. Het bewijs van de aanwezigheid van Keltische muntstukken in de Nederlanden wordt geleverd door een aantal muntvondsten, gedaan in o.a. Gelderland, Noord-Brabant en Limburg. Rond het begin van de christelijke jaartelling, in de tijd van de Romeinse overheersing van een deel van ons land, ontstond waarschijn- 9

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1993 | | pagina 8