Bijlage
Instructie voor Jan Huyghenszoon, wisselaer binnen de stadt [geradeerd: Harlem,
overgeschreven:] Alcmaer, nae dewelcke hij gehouden sal zijn hem te reguleren in 't
stuck van 't selve zijn officie78.
1.
Inden eersten sal hij gehouden sijn gestadelijck int openbaer voor sijn winckele uuyt-
staende te hebben den schotel ofte nappe mette wappenen vande provinctie van
Hollandt ende Westvrieslandt, mitsgaders de wappene der voorseide stede geschil -
dert, teneynde een yegelijck mach weten dat hij tot sulcx gecommitteert zij. Op
pene van een Nederlantsche ducaat soo menichmael hij dies in gebreke bevonden sal
worden.
2.
Sal gehouden zijn gestadelijck op sijn comptoir ofte taeffele te houden leggen een
copie oft exemplaer der nieuwe Ordonnantie, mitsgaders van de figueren van alle
goude ende silvere penningen bij deselve gevalueert, om hem in alle voorvallende
saecken daernae te reguleren ende den gemeenen man die hem dies versoucken sal
onderricht te doen, soewel op 't geene aengaen mach de prise ende valuatie der pen
ningen, als het behoorlijck gewichte van dien.
3.
Sal voorts meer gehouden sijn gestadelijk opten selven zijne comptoir te houden leg
gen de Caerten ofte Manuale, soe hem bij de Gecommitteerde Raden van de Staten
van Hollant ende Westvrieslandt ofte den burgemeesteren der voors. stede gelevert
sal worden, inhoudende de waerde van de marck, once, Engelsche, ende aesken van
alle de principale specien van goude en silvere penningen, soo wel gevalueerde als
ongevalueerde, welke Caerte ofte Manuaele hij gehouden sal zijn te verthoonen den-
geenen die hem eenige derselver sullen willen verkoopen ende leeveren tot haar ver-
maninge. Op pene van twee Nederlantsche ducaeten, soe menichmael hy des in
gebreke bevonden sal worden.
4.
Sal gehouden sijn te betaelen ende geven allen ende een yegelyck de rechte waerde
vande voors. specien van gout ende silver begrepen inde voorsz. Caerte ende
Manuaele, soo de selve aldaer bij marck, once, ende Engels verclaert zijn uuyt te
brengen, sonder eenich afftreck, slag, ofte defalcaetie van salaris, loon, lackagie, ofte
oncosten, alle welcke vande somme aldaer geëxpresseert affgetogen zijn, dewelcke
oversulcx suyvers gelts verstaen werden.
5.
Ende aengaende de specien van gout ende silvere munte, niet begrepen inde selve
Manuale, mitsgaders de materialen van gout ofte silver in masse, eendreen, grenaille
ofte lingote, sal gehouden sijn voor denselven te betalen de gerechte waerde, soe nae,
als hij die bij der toetse sal konnen waerderen, ende onderscheyden, op sijn eedt in
desen gedaen, afftreckende en houden voor sijn salaris ende oncosten van smelten
34