de eerste 430 stuks af. Daarna ging het wat moeilijker, omdat zijn
knecht een zware ijzeren plaat op zijn voet kreeg, waardoor een teen ver
brijzeld werd. Maar in 1695 had Arondeaux zijn opdracht klaar en in
totaal 4003 penningen geleverd.
Ook gouden penningen
In 1695 besloot de vroedschap ook gouden exemplaren te laten maken en
aan ieder van de leden er een uit te reiken. Nieuwe leden van de vroed
schap kregen er ook een, maar moesten daarvoor f 100,- aan de stadsfi
nanciën bijdragen. Op momenten dat er bij het stadsbestuur een gebrek
was aan zilveren penningen maakte men bekend dat men bij inlevering
van 27 zilveren penningen één gouden kreeg.
De penningen werden ook als een zeker betaalmiddel in de stad gebruikt.
Nieuwe stempels
Door het veelvuldig gebruik gingen de stempels natuurlijk stuk. Er moes
ten dan nieuwe gemaakt worden. In de loop van de 18e eeuw zijn die
vervaardigd door befaamde medailleurs als Martinus Smeltzing in 1712,
Nicolaas van Swinderen in 1735 en Johan George Holtzhey. Toen
Holtzhey in 1772 de opdracht kreeg nieuwe munten te slaan wilde hij
daar het liefst de oude stempels voor gebruiken. Hij sukkelde namelijk
met zijn gezondheid en had last van zijn ogen. Een nieuw stempel maken
zou hem zwaar vallen. Het lukte hem om met gebruikmaking van het
oude stempel nog een groot aantal munten te slaan. "Krakende wagens
duren het langst" schreef hij bij zijn rekening. Maar in 1784 moest hij
toch een nieuw stempel maken, omdat -zo schreef hij- er geen eer meer
te behalen viel en de penningen meer gingen lijken op een schippers
broekknoop.
Het ontwerp bleef steeds hetzelfde, maar er zijn wel kleine verschillen te
zien in de penningen afkomstig van de verschillende stempels. Zo varieert
bijvoorbeeld het aantal kantelen op de afgebeelde Alknraarse burcht en
ook het aantal wielen onder de kanonnen.
De eerste Alkmaarse stadsarchivaris, C.W. Bruinvis, heeft opgeteld hoe
veel penningen er vervaardigd zijn in de loop van de negentig jaar dat
deze geslagen is. Hij komt op een totaal van 277 gouden en 9263 zilveren
exemplaren.
Hoewel er ongetwijfeld veel penningen zullen zijn omgesmolten, is er
nog een aantal in omloop bij verzamelaars. De prijs van de zilveren exem
plaren bedraagt heden ten dage op veilingen f 150,-.
Ook werd de penning in de vorige eeuw nog wel gebruikt als "potstuk",
een eerste bijdrage in de spaarpot van kinderen.
116