mogelijke infractiefractuur met de daaruit uitwaaierende scheuren zijn in elk geval niet door zagen veroorzaakt. De te rechte afsnijdingen, die wij in de calotte zagen, moeten zijn aangebracht nadat de schedel reeds in een aantal grotere stukken uiteengevallen was. Men moet zich wel afvragen waarom hier zoveel kleine stukjes van ge middeld 3 gram kennelijk door mensenhand zijn gemaakt en vervolgens wanneer deze bewerking kan hebben plaatsgevonden. Voor Dirk 1 (bis) was er geen enkele reden een intact skelet zo te maltraiteren. De constateringen lijken aan te sluiten op het dubieuze punt, hierboven onder 'herkomst' vermeld, het jaar 977. Waren de beenderen toen, in verbrande toestand, verzameld dan zou Dirk II deze uit reverentie wel zo heb ben gelaten. Het skelet van de onbeken de X levert meer problemen op dan aan vankelijk werd gedacht. Dat is ook het geval met het historisch althans waar schijnlijk maken dat Adelbert inderdaad zijn missiegebied in de buurt van Hei- loo/Egmond heeft gehad. De oud-archi varis van Alkmaar, Drs.W.A. Fasel 15 heeft daarvoor, zowel in de bronnen als ter plaatse, naar aanwijzingen gezocht zonder deze te vinden: Adelbert wordt in de Vita St. Willibror- di zelfs niet genoemd, hoewel hij ons als diens metgezel en rechterhand wordt gepresenteerd. In wijde omgeving van Egmond zijn geen sporen van Adelbertverering te vinden. Niet één van de kerken en kapellen on der het patronaat van Egmond heeft deze overgenomen. Een objectief bewijs voor Adelberts jarenlange werkzaamheden in de buurt van Egmond is niet te vinden. Voor ons is belangrijk dat Fasel tot de conclusie kwam dat, indien Adelberts relieken vervalst zouden zijn, deze vervalsing moet hebben plaats gevonden vóór 1113. Dat geeft een terminus ante quem. Hij merkt verder terecht op dat het handschrift op het bij de relieken gevonden perkamenten strookje geen zekerheid geeft over de tijd waarin het werd geschreven en nog minder over de ouder dom van de relieken. De terminus post quem kan liggen tussen de 9e en de 12e eeuw. Samenvattend vinden wij: (al herkomst: dubieuze periode van 975-977; (bl geslacht: mannelijk; (cl leeftijd: Onderzoek geeft 40 tot maximaal 50 jaar; historische bron, berekening geeft zeker ouder dan 51-53 jaar; Afb. 5: (naar Maats reconstructie van dij-en scheenbeen deren) Er zijn teveel rechte afsnijdingen en zelfs zaag sneden te zien. 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1993 | | pagina 18