Via Zweden kwam ze in Alkmaar aan om te constateren dat haar vader
en moeder waren omgekomen. Ook haar zusters Elize en Betsy waren
in Auschwitz vermoord. Haar broer, Salomon, bleek het concentratie
kamp Bergen-Belsen overleefd te hebben. Hij vertrok in 1947 naar Is
raël. Haar oudste zuster Marlina was bij het uitbreken van de oorlog
operatiezuster in het Centraal Israëlitisch Ziekenhuis te Amsterdam. Ze
werd op transport gesteld naar Westerbork, maar veertien dagen later
werd ze door de Duitsers teruggehaald omdat men haar nodig had in
het C.I.Z. Ze heeft een tweede transport naar Westerbork niet afge
wacht en dook onder. Na de bevrijding ging ook zij naar Israël waar ze
in het Belinson Hospitaal in Petach Tikwa hoofd van de operatieafde
ling werd. In 1951 kwam ze bij een ongeval in het ziekenhuis om het
leven. Cecilia trouwde in 1947 en emigreerde met haar man naar Zuid-
Afnka. Momenteel woont ze in Melbourne,Australië.60
Voor vele anderen gold dat zij het slachtoffer geworden waren van de
grootste pogrom aller tijden. Alle pogingen nog iets over hun lot te ver
nemen liepen stuk. Het na de bevrijding verschenen Nieuw Israëlitisch
Weekblad bevatte een eindeloze stroom oproepen om inlichtingen over
vermiste familieleden of vrienden. Zo treffen we ook de volgende op
roep aan:
"Inlichtingen verzocht omtrent: Abraham Drukker, geb. 13-9-1895, Juliet-
ta Drukker-Cohen, geb. 30-3-1890, Marjan Drukker geb. 18-11-1929. Wa
ren woonachtig te Alkmaar, gearresteerd 17 mei 1944, vervoerd September
1944 vanuit Westerbork naar Theresiënstadt, vandaar met onbekende bestem
ming vertrokken.
Inlichtingen verzoekt W.O. Rivière, Luttik Oudorp 31, Alkmaar. Tel.
2332. Kosten worden gaarne vergoed."
Het was echter allemaal tevergeefs. Wat bleef was de herinnering: "het
waren beste mensen!"
Ter gedachtenis aan degenen, die niet terugkeerden werd op de joodse
begraafplaats een steen opgericht, waarop in het Hebreeuws werd gebei
teld:
"Deze steen zal ons tot getuigend aandenken zijn voor de leden van onze ge
meente die gevangengenomen werden en vermoord door nazi-misdadigers in de
jaren 701-705 (=5701-5705).
De heer Levie Trijbetz nam na de oorlog het initiatief tot heroprichting
van de joodse gemeente. Er waren echter zo weinig leden overgeble
ven, dat de diensten in de oude synagoge niet meer hervat werden. Het
gebouw was in de oorlog leeggeroofd. De vloer, kerkbanken en zelfs de
72