meer aan toe te kunnen voegen, behalve een aanvulling voor de periode
van 1912. Bij nader inzien hebben we hiervan afgezien en de geschiede
nis van Joods Alkmaar opnieuw geschreven. Veel hulp en advies heb ik
daarbij gehad van mevr. Pop-Jansen en de heer drs.C.Streefkerk, archi
varis van het Regionaal Archief, waarvoor ik zeer erkentelijk ben.
Ook wil ik de medewerkers van genoemd archief bedanken voor
hun assistentie bij het zoeken naar bronnen en illustratiemateriaal. Ook
gaat onze dank uit naar mevrouw Dop van het Joods Historisch Muse
um te Amsterdam voor de verleende service. Zonder de bereidheid van
velen in en rond Alkmaar mij mede te delen van wat ze zich nog herin
nerden van Joods leven in Alkmaar was deze publicatie niet mogelijk
geweest. Ook daarvoor onze dank.
J.D.Kila
I. Zilveren handje (een jad), gebruikt als aanwijzer bij de lezing van de Torah, afkomstig uit de
Alkmaarse synagoge
6