somber besef opdoemde dat er voor het Duitse jodendom, ongeacht wat joden bijgedragen hadden tot de Duitse cultuur, in Duitsland geen plaats meer was en geen toekomst.4" Een persoonlijke bedreiging zullen ze er nog niet direct in ervaren hebben. Dat kwam pas met het voort gaan van de ontwikkelingen in de jaren na 1933. In september 1935 werden de z.g. Neurenberger wetten aangenomen, waarbij het niet-joden verboden werd met joden gehuwd te zijn. In no vember 1938 verergerde het lot van de Duitse joden wel zeer. Aanlei ding was het doodschieten van een Duitse ambassade secretaris in Parijs door een Pools-joodse zeventienjarige jongeman. In de nacht van 9 op 10 november gingen in heel Duitsland bijna 200 synagogen in vlammen op; bijna 8000 winkels werden gedeeltelijk verwoest, 800 werden leeg geplunderd. Overal lag het glas van de spiegelruiten op straat. Als Reichskristallnacht is deze vreselijke nacht de geschiedenis ingegaan. De Duitse joden kregen daarnaast een boete opgelegd van 1 miljard DM, 300.000 joden werden gearresteerd en naar concentratiekampen afge voerd. De berichten over deze gebeurtenissen maakten in Nederland diepe in druk. Zo lezen we in de Alkmaarsche Courant de volgende mededeling: Tegen de Jodenvervolging. Woensdagavond om 8.15 uur zal er in de Har monie een openbare getuigenisavond worden gehouden over de nood der Joden in Duitschland. Er is voor deze avond een voorloopig comité gevormd waarvan de heer dr. H.J.M. Hofstee het voorzitterschap op zich heeft genomen. Sprekers zullen op dezen avond onder anderen zijn de heeren mr. A. Schcnkeveld, W. van de Vall, mevrouw van Sonsbeek-Baning, de heer Rengs, ds. van Dop en Ds. F. Kuiper. Met enkele andere sprekers wordt nog overleg gepleegd en het is de bedoeling dat allen, die het woord zullen voeren buiten functie zullen spreken. De bedoeling van dezen avond, waarop van Joodsche zijde niet het woord zal worden gevoerd, is uit een zoo breed mogelijken kring der bevolking getuigenis af te leggen over het vraagstuk der Jodenvervolging. Er zal een inzameling worden gehouden waarvan de opbrengst bestemd is voor financieelen steun aan de hulp verleening hier te lande of hier ter stede wanneer ook in Alkmaar aan Duitsche vluchtelingen een onderkomen mocht worden geboden." De zuilen waren allen vertegenwoordigd. Ds. van Dop, Hervormd pre dikant, vertegenwoordigde de rechtervleugel van de hervormde ge meente en Mr.A. Schenkeveld het gereformeerde volksdeel. Deken E.P. Rengs sprak namens de Rooms-Katholieken, terwijl de heer L.M. van der Bijl, gezien zijn woorden, een exponent was van het politiek linkse volksdeel. Geen van allen sprak een woord van protest over het gedrag van de Duitse regering. Eenparig riepen zij op naar middelen te zoeken de nood van de Duitse joden te lenigen. Alleen de heer L.M. 46

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1992 | | pagina 44