schop echter naar Haarlem. Hij kreeg voor zijn onderhoud onder meer
de beschikking over de rijke abdij van Egmond en haar grondbezit. Dat
was voor Egmond het begin van het einde. Voortaan had de bisschop
van Haarlem alles te vertellen over de benoeming van de Alkmaarse pas
toors en kapelaans.
De eerste reformatoren - ook in Alkmaar - waren priesters, die als pas
toor of kapelaan actief waren. Pas in tweede instantie kwamen de leken
in actie. Wat hebben Dirk en Katrijn meegemaakt van de Alkmaarse
pastoors en kapelaans? Vanaf omstreeks 1545 tot 1563 was de pastoors
plaats van Alkmaar in handen van een Utrechtse kanunnik. Hij bleef
echter in Utrecht wonen en verpachtte het pastoorsambt aan een plaats
vervanger. Dat was vanaf omstreeks 1545 tot 1558 Laurens Zas. Dirk
Reyersz moet hem goed hebben gekend; hij was immers kerkmeester.
Pastoor Zas was in Alkmaar de eerste voorganger die de reformatie een
warm hart toedroeg. Misschien heeft Dirk Reyersz meewarig zitten
schudden over zijn preken.
Dirk Reyersz was al overleden toen Cornelis Cooltuin in 1551, na de
voltooiing van zijn theologiestudie, naar Alkmaar terugkeerde. Katrijn
heeft Cooltuin wèl meegemaakt, zij het niet lang, want hij vertrok al
spoedig naar Enkhuizen, waar hij pastoor was geworden. Cooltuin had
het in Enkhuizen een aantal keren flink aan de stok met de inquisitie.
Toen het hem te heet onder de voeten werd, vestigde hij zich weer in
Alkmaar, hield af en toe een preek en werd na de dood van Zas warem
pel tot pastoor van de Grote Kerk benoemd. Hij is slechts twee weken
m functie geweest. Dat hoeft ons niet te verbazen, want hij weigerde de
mis op te dragen. Volgens Cooltuin zelf waren de'papen en monniken'
uit op zijn ondergang. Zij hadden zich bij de bisschop van Utrecht over
hem beklaagd. Ook Katrijn zal verbolgen zijn geweest over de gang van
zaken en als devote katholiek aanstoot hebben genomen aan Cooltuins
optreden.
De dienaren van de inquisitie kwamen in juni 1558 naar Alkmaar om
Cooltuin gevangen te nemen. Wat een emoties voor de gemiddelde
kerkganger die het natuurlijk allemaal niet zo precies had kunnen vol
gen. Het zal ook een schok zijn geweest dat Cooltuin voordat de inqui
sitie kon toeslaan naar het Duitse Emden is gevlucht. Nota bene niet al
leen, maar met zijn aanstaande vrouw, Geertruid van Foreest. Ook dat
nog! Na zijn vertrek had Alkmaar geen pastoor meer. Dit stadhouderlo
ze tijdperk zou maar liefst 4 a 5 jaar duren. We mogen veronderstellen
dat de vanzelfsprekendheid van het geloof van Katrijn, zo het in haar
laatste levensjaar niet aan het wankelen is gebracht, toch een paar forse
deuken zal hebben opgelopen.
Natuurlijk hebben niet alle Alkmaarse gelovigen het hoofd zitten
schudden over Cooltuin. Mede door zijn optreden was in Alkmaar een
kleine gereformeerde gemeente ontstaan. Cooltuin had succes, niet al-
20