Adriaen Westfalen en Simon Eikelenberg
In mijn artikel betreffende de Alknraarse geschiedschrijvers heb ik enige
regels gewijd aan Adriaen Westfalen." Sedertdien is hij mij blijven
bezighouden, want hoe meer men over hem te weten komt, des te gro
ter wordt het aantal vragen. Met name zijn relatie tot de stadshistoricus
Simon Eikelenberg, die hij ongetwijfeld heeft gekend, is duister. Ik
hoop dan ook dat door dit artikel -dat niet meer pretendeert te zijn dan
een verkenning- aanvullende gegevens zullen loskomen.
Adriaen Westfalen is enige aandacht ten volle waard; niet zo zeer van
wege de belangrijkheid van zijn oeuvre, maar omdat hij in contact stond
met de grote vaderlandse geschiedschrijvers van zijn tijd. Bovendien is
hij in het bezit geweest van een vijftiental oude handschriften en kronie
ken, waaronder enige zeer belangrijke, zoals de Chronicon Egmunda-
num, de Chronicon Hollandiae van Willem Procurator, de Rijmkroniek
van Melis Stoke, de kroniek van de Clerc uyt de lage landen bij de zee,
het Oude Goutsche Chronykje, de kroniek van Prancatius van Castri-
com, de kroniek van Johannes de Beka en een exemplaar van de kroniek
van Worp.2' De meeste geschriften zou hij van Scriverius hebben
gekocht, die ze weer had van Douza. Zelfheeft Westfalen vele aanteke
ningen gemaakt en enige genealogische en geschiedkundige verhande
lingen geschreven, maar tot publicatie is het nimmer gekomen. Eikelen
berg verhaalt dat hij een boek bij een drukker te Haarlem wilde uitge
ven, doch dat deze na enige vellen druks het werk staakte omdat hij het
verhaal te wijdlopig, te verward en te roomsgezind vond." Gezien de
historische aantekeningen van Westfalen, die vol fantasterijen staan en
gespeend zijn van elke historische kritiek, heeft de drukker vermoede
lijk verstandig gehandeld. Mogelijk is het manuscript bewaard gebleven.
In 1863 werd de bibliotheek van wijlen mr.J.A. Kluppel verkocht.
Hierin bevond zich een folioregister, zijnde een door A. Westphalen
samengestelde kroniek uit verschillende schrijvers, beginnende aldus:
"In den naem des Vaders, des Soons en des Heyl. Geest. Amen, beginne
ick Adriaen Westphalen de historye of jaergetijde van Hollant en West-
frieslant met de aenhoorige provintie en genealogien derselver, noit so
begonnen, veel min voleyndicht en speciael van Julius Caesars tijden aff
A° 46 voor Christi geboorte tot nu toe, alles cort, klaer en waer, sonder
eensijdichheit uyt seer veele beste van de oudste M.Scripta, soo parche-
rnent als papier, die weinich tebecomen zijn enz. getrocken."'1' Deze
aanhef geeft een indruk van de schrijfstijl van Westfalen, die hij zijn
leven lang trouw zou blijven. De kroniek werd gekocht door