vond het belangrijker om achter het complex opnieuw een tuin aan te
leggen in aansluiting op het fraaie historische tuinhek.
Wonderlijk genoeg liet niemand een traan over de sloop van de zaal en
de oude stal. Zelfs de Rijksdienst voor de monumentenzorg maakte
geen opmerkingen over deze kwestie en de trots van dominee Oort
verdween roemloos uit het grachtbeeld.
Overigens ging men hij de houw van het nieuwe depot niet over een
nacht ijs. De nieuwbouw moest immers voldoen aan alle moderne
eisen. De toenmalige gemeentearchivaris Wortel ging samen met de
direkteur openbare werken naar depots in Delft en Rotterdam kijken.
Het pand werd ontworpen door stadsarchitect Smeele. Hij probeerde
het zo goed mogelijk aan te passen aan de omgeving.
De Dienst Openbare Werken was niet alleen verantwoordelijk voor de
nieuwbouw, maar voerde ook de direktie over de restauratie. De
ambtenaar monumentenzorg W. Reder maakte schitterende tekeningen
van het huis en zorgde voor een perfekt afgewerkte detaillering.
Uiteraard moesten ten behoeve van de nieuwe bestemming ook kamers
aangepast worden. Op de begane grond werd ten koste van een aantal
fraaie stucwandversieringen uit de periode Hamer de oude provisie
kamer ten behoeve van een grotere hal gesloopt. Op de verdieping
werden wanden en trappen verplaatst. De aannemer van het gehele
werk was de firma Kuiper uit Heiloo en het stucwerk werd ge
restaureerd door het Alkmaarse stucadoorsbedrijf Rits.
13