6. Stadsbehoud
Bruinvis was vanaf 1870 regent van het Burgerweeshuis. Het lied, dat
de kinderen van het weeshuis hem en A. Siehert Coster bij hun
afscheid in 1880 toezongen, getuigt in kreupelrijm van hun goede
zorgen voor de kinderen.271 Het laatste couplet luidde:
"Dat God U beiden spaar!
U en Uw huis bewaar
Dat bidden wij:
Vergeet, wat ook geschiedt,
Wat U het leven biedt
De burgerweezen niet
Dat wenschen zij".
De grondige wijze waarop Bruinvis zich inzette voor onderwijszaken
blijkt ook ondermeer uit een gedrukte brochure van 1873 (mede onder
tekend door S.C. Coster en J. van der Drift) met een pleidooi voor het
stichten van een landbouwschool. 28) Alkmaar met zijn markten en
omliggende agrarische dorpen zou zeer geschikt zijn voor zo'n school.
Het beste zou volgens de brochure zijn om een twee-jarige opleiding te
verbinden aan de bestaande HBS, zelfde gebouw, zelfde leraren op twee
nieuwe specialistische leraren na. Na vergelijking met dergelijke oplei
dingen in Duitsland en Nederland (Warffum en Wageningen) kwamen
de opstellers tot een opleiding met een stevig pakket van 1*7 vakken:
naast landbouwkunde o.m. Aard- en Delfstofkunde, Economie, Boek
houden, Nederlands, Frans, Engels en Duits! De kosten werden op
5000 gulden per jaar geschat, maar vermoedelijk kon gerekend worden
op een zeer royale subsidie van Provincie en Rijk. Dit initiatief liep op
niets uit. Later kwam er wel een landbouwschool, nu de Middelbare
Agrarische School.
Bruinvis zette zich ook zeer in voor het behoud van stedelijke monu
menten. Zijn belangstelling bleek al uit de oudste tekening van hem in
het prentenkabinet. Als 12 jarige jongen tekende hij een voormalige
bierbrouwerij, nu Bierkade 10.29) Behalve deze tekening zijn er in de
prentverzameling van het Gemeente Archief nog tenminste 58 teke
ningen van zijn hand.
Opvallend is, dat vele van de door hem getekende gebouwen kort daar
na afgebroken werden, waaruit blijkt dat hij het uiterlijk welbewust
voor het nageslacht wilde bewaren. De stad werd rond het midden van
21