ven, die haar in het verleden zo'n grote schade hadden toegebracht.
Ook Bruinvis is steeds een gewaardeerd lid van de gemeente gebleven.
In 1896 stelde hij zich niet meer verkiesbaar als secretaris van de kerke-
raad, waarop de voorzitter onder bijval van de leden hem het erelid
maatschap aanbood! Bruinvis was bescheiden genoeg en ervan door
drongen, wat het lidmaatschap van een christelijke gemeente beteken
de, om vriendelijk voor de eer te bedanken "begeerende hij geen voor
recht boven eenig gemeente lid"23>
?auw antwoor- 4. Redacteur
t hiernamaals,
leert kennen,
ens het kwade
Hem met een
ens macht en
ot zijnen lof',
broeders, die
zegt Bruinvis
Mr. W. Man der
Kaay
Als redacteur van de Alkmaarsche Courant was Bruinvis een man van
zijn tijd, zeer geïnteresseerd
in nieuwe ontwikkelingen,
maar ook met zin voor
traditie en een oog voor
saillante details. Zijn vele
lidmaatschappen van ver
enigingen, de Gemeente
raad en zijn familie-achter
grond kwamen hem als
redacteur goed van pas. De
krant kreeg bovendien veel
gewicht door de politieke
commentaren van Mr. W.
van der Kaay. Deze was in
1835 te Alkmaar geboren,
sedert 1857 advocaat en
procureur aldaar, lid van de gemeenteraad in 1862, lid van de Tweede
Kamer in 1875 en minister van justitie in 1894. Hij overleed in 1918.
Van der Kaay werkte mee aan de Alkmaarsche Courant van 1861-1894
en van 1897-1904- De krant kreeg hierdoor een duidelijk liberale sig
natuur, die ook regionaal en nationaal een zekere invloed uitoefende
op de openbare mening.241
Door Bruinvis werd de vrije pers bezongen ter gelegenheid van het 3e
eeuwfeest van Alkmaar's ontzet:
jk groot wa-
waard geble-
In Neerland zegt men wat men wil
Daar leeft het vrije woord,
Wat waarheid is houdt niemand stil
Maar wordt alom gehoord.
17